Dat laatste geldt voor mij ook - die moet ik ook nog eens beluisteren/aanschaffen, want dat blijkt toch wel de meest gewaardeerde plaat van de latere Marillion te zijn.
Wat deze Afraid of sunlight betreft: hun laatste EMI-album was bij mij ook de afhaakplaat. Het daaropvolgende werk kon me allerminst bekoren, op basis van wat ik er op de luistertelefoon in de CD-winkel van terughoorde (want zo ging dat nog in de jaren negentig
)
Maar eenmalig beluisteren geeft niet altijd de beste indruk, zo blijkt wel vaker in het Spotify-tijdperk. Want ik heb op basis van veelvuldig voorbeluisteren vorig jaar dan toch hun laatste studioplaat F.E.A.R. aangeschaft en zowaar, ik begin de Hogarth-output nu toch wat meer te waarderen. Met name de Hogarth-albums die ik al lange tijd in mijn bezit had, maar eerder nooit zo op waarde kon schatten, omdat ik ze altijd afzette tegen het in mijn ogen nog altijd superieure Fish-tijdperk. Maar dat is natuurlijk inmiddels ruim dertig jaar geleden.
Brave bleek een echte groeibriljant en dat blijkt nu ook voor deze te gelden. Gazpacho is inderdaad een wat merkwaardige opener, die me destijds in '95 waarschijnlijk op het verkeerde been zette. En Cannibal surf babe vind ik vervolgens geen echt sterke voortzetting. Maar het moois komt daarna: Beautiful blijft een alleraardigste pop-ballade uit de tijd dat en Marillion-single nog wel eens de onderste regionen van de hitparade haalde.
Maar het zijn vooral de uitgesponnen nummers die daarna volgen die ik ijzersterk vind. De titeltrack(s) en vooral Out of this world halen me weer helemaal bij de les. Dit is progrock zoals progrock bedoeld is: een mooie, ijle sfeer neerzetten, die uitmondt in een compositie die je als het ware helemaal opzuigt, je meevoert naar een verre bestemming. Dat is wat muziek op zijn best met je kan doen: met je ogen dicht genieten en je even laten uittillen boven het alledaagse.
De twee afsluitende nummers halen dat niveau dan weer niet, maar houden de kwalitatieve lijn goed vast en er valt veel in te genieten. Jammer van die twee matige openers. Ik twijfel nog tussen 3,5 en 4. maar omdat er echt een handvol vijfsterrennummers op blijken te staan, rond ik naar boven af.
De kunst van het leren waarderen van de Hogarth-era is om deze editie van Marillion helemaal los te zien van het Fish-tijdperk. Eigenlijk best jammer dat ik daar een slordige 25 jaar over gedaan heb...