menu

David Bowie - Hunky Dory (1971)

mijn stem
4,18 (946)
946 stemmen

Verenigd Koninkrijk
Rock / Pop
Label: RCA

  1. Changes (3:33)
  2. Oh! You Pretty Things (3:12)
  3. Eight Line Poem (2:53)
  4. Life on Mars? (3:48)
  5. Kooks (2:49)
  6. Quicksand (5:03)
  7. Fill Your Heart (3:07)
  8. Andy Warhol (3:53)
  9. Song for Bob Dylan (4:12)
  10. Queen Bitch (3:13)
  11. The Bewlay Brothers (5:21)
  12. Bombers * (2:41)
  13. The Supermen [Alternate Version] * (2:43)
  14. Quicksand [Demo Version] * (4:46)
  15. The Bewlay Brothers [Alternate Mix] * (5:20)
toon 4 bonustracks
totale tijdsduur: 41:04 (56:34)
zoeken in:
avatar van aERodynamIC
4,5
Bowie en de piano zijn op dit album in een innige liefdeshouding verstrengeld. Het geeft dit album zijn absolute kwaliteit mee.
Schitterende, tijdloze popsongs die me nog steeds weten te boeien.
In mijn geheugen bleek ik er zelfs een halfje naast te zitten, want dat moet ik wel toegeven; Bowie komt hier in vlagen door de luidspeakers knallen en dit album had ik in tijden niet meer gehoord.
Wie weet wat meerdere draaibeurten dus nog kunnen gaan veroorzaken.?!
In elk geval ben ik blij het weer eens gehoord te hebben, want het is van begin tot eind een erg goed album.

avatar van gemaster
4,5
Na het duidelijk op de gitaar gerichte The Man Who Sold The World gaat Bowie op dit album meer de pianokant op. En met succes. Hij wordt dan ook bijgestaan door pianovirtuoos Rick Wakeman (die vooral beroemd werd als lid van de progrockers van Yes). Openingsnummer Changes is misschien wel het meest autobiografische nummer wat Bowie ooit heeft geschreven. Het nummer gaat over artistieke vernieuwingen. Bowie distantieert zich zelfs van de fans die hij met zijn vorige album zou hebben verkregen (‘Look out you rock ’n rollers!’). Het nummer draait vooral om het briljante refrein waarin Bowie de songtitel stottert, ch-ch-changes. Naast dat het ontzettend catchy is, lijkt dit een referentie aan de Engelse hardrockband The Who, waar zanger Roger Daltrey ook regelmatig stotterde.

Wat volgt is Oh! You Pretty Things, een nummer wat begint met uitsluitend de piano van Wakeman en de zang van Bowie. Bowie zingt over de een samenwerking tussen buitenaardse wezens die op aarde komen en jeugdige mensen. Hier begint de fascinatie van David Bowie voor buitenaardse wezens en sciencefiction. Een thema wat in zijn latere werk veelvuldig zal terugkomen en wat ook van grote invloed is op latere bands. Één daarvan is Pixies, een alternatieve rockgroep uit de Verenigde Staten die eind jaren tachtig furore maakte. Hun belangrijkste songwriter Frank Black (of Black Francis of Francis Black, zo u wilt) schreef ook veelvuldig over buitenaardse wezens en de vaak daarbij behorende ontvoeringen. Een goed voorbeeld is het nummer Motorway To Roswell.

Eight Line Poem vloeit zonder onderbreking voort uit Oh! You Pretty Things. De titel heeft profetische waarde, want Bowie zingt ook daadwerkelijk maar acht zinnen. Het nummer borduurt muzikaal voort op de voorganger, maar echt interessant wordt het nooit. De volgende échte knaller komt in de vorm van Life On Mars? Ook hier speelt de piano een belangrijke rol, maar het nummer is niet zo minimalistisch als de voorgaande twee. Er komen ook wonderschone strijkers in voor die werden bedacht door Mick Ronson. Het arrangement van het nummer is ongekend complex voor een popnummer. De vele tempowisselingen doen denken aan een jazzcompositie. Niettemin werd het nummer de eerste grote hit voor Bowie sinds Space Oddity. Het bereikte de derde plaats in zijn thuisland Engeland.

Kooks is een vrolijk nummer wat de eer heeft om de inspiratie te zijn voor de naam van de Engelse indieband The Kooks. Het nummer is geschreven door Bowie voor zijn zoon die op dat moment nog geboren moest worden. Het optimisme spat ervan af. Het contrast met wat volgt kan bijna niet groter zijn. Quicksand is één van Bowies donkerste nummers. Zijn gebruikelijke inspiratiebron Friedrich Nietschze komt ook hier om de hoek kijken. Bowie overdenkt het lot van de mensheid en komt uiteindelijk tot de conclusie dat hij wegzakt in het drijfzand van zijn gedachte. Je voelt de machteloosheid doorsijpelen in de muziek. Na deze misantropische boodschap volgt weer een opwekkend deuntje in de vorm van de cover Fill Your Heart van de Amerikaanse zanger Tiny Tim.

De twee nummers die volgen zijn geschreven als ode aan twee belangrijke inspiratiebronnen voor Bowie. Andy Warhol gaat verrassend genoeg over de bedenker van de popart Andy Warhol. Na een ietwat onconventioneel begin met Bowie die aan producer Ken Scott uitlegt hoe je de naam van Warhol goed uitspreekt begint het nummer echt. De akoestische gitaar van Ronson speelt een flamencoriff waarover Bowie zingt over het uiterlijk van Warhol. Andy zelf was niet zo heel blij met het nummer omdat hij dacht dat het hem voor gek zette. Daar zit wel wat in als je een zin als ‘Be a standing cinema, dress my friends up just for show’ leest. Het tweede nummer over een invloed is Song For Bob Dylan. Het is een nummer wat precies past in de stijl van Dylan, elektrische folk, met een aanstekelijk refrein.

Het laatste hoogtepunt is Queen Bitch, een nummer dat alludeert aan een andere grote invloed van Bowie: The Velvet Underground. Dit was een zeer invloedrijke band waarvan wel wordt gezegd dat bijna niemand naar ze luisterde, maar degene die het wel deden starten meteen hun eigen band. Bowie was een groot bewonderaar van hun frontman Lou Reed. Het furieuze gitaarspel op Queen Bitch doet ook erg denken aan het hoekige spel van Reed. Met Reed ging het steeds minder goed, want hij verkocht geen platen. Noodgedwongen moest hij zelfs terug bij zijn ouders gaan wonen. Toen Bowie na dit album en de opvolger een superster werd probeerde hij Reed te helpen door zijn soloplaat Transformer te produceren. Het album werd een groot succes en Lou Reed zou nog een hele lange en succesvolle solocarrière hebben. Het laatste nummer is The Bewlay Brothers, dat eigenlijk niet zo opzienbarend is. Laten we er dan ook maar geen aandacht aan besteden.

De ommekeer van Bowie om van een meer gitaargeluid naar een pianoplaat te gaan pakt goed uit. Zijn kracht is dat hij zich altijd weet te omringen met de juiste mensen. Ronson is een fantastische gitarist en de introductie van Rick Wakeman op dit album is ook een schot in de roos. Waar het vorige album soms nog een beetje klonk als een bij elkaar geraapt zooitje is dit een collectie nummers die bij elkaar hoort. Toen Radiohead haar laatste plaat In Rainbows beschreef zei frontman Thom Yorke dat de band een album wilde maken die compact was en precies beschreef waar ze voor stonden. Hij noemde toen als voorbeeld Hunky Dory van David Bowie. Ik geef deze plaat hetzelfde cijfer als zijn voorganger, maar toch vind ik deze een stukje beter. Toch vind ik het te ver gaan om hier een 4,5* van te maken, dus we zullen het met deze kleine nuance moeten doen.

avatar van Lau1986
4,5
David Bowie heeft met dit album wederom een parel gemaakt. Al vanaf het openingsnummer Changes is het genieten geblazen. In vergelijking met zijn voorganger is deze plaat een stuk lichter en positiever. Life on Mars is toch wel mijn favoriete Bowie nummer. Genieten!

avatar van musician
4,5
Helemaal geen slecht album van David Bowie.

Het heeft een behoorlijke akoestische set met wat uitzonderingen daarop (Queen bitch) maar ik vind het een plezierig album om naar te luisteren. Changes, Life on mars de bekende toppers maar inmiddels doen ook tracks als Andy Warhol en The Bewlay brothers (mumeladder 2011!) een gooi naar eeuwige roem.

Ondanks onmiskenbare kwaliteiten heb ik bij Hunky Dory altijd het gevoel dat dit album al vrij snel helemaal ondergesneeuwd is door de roem en het bijbehorende bewierroken van opvolger Ziggy Stardust. Er is daarom destijds niet lang genoeg stil blijven staan bij het album en menigeen heeft de plaat pas later (her)ontdekt, ook als ik mezelf als voorbeeld neem.

En dan blijkt David Bowie inderdaad hier het pad al behoorlijk te effenen voor Ziggy Stardust maar zonder het eigen karakter van Hunky dory geweld aan te doen. Ik zou Hunky Dory ook meer bedachtzaam willen noemen, ingetogen, naar één van Bowies eigen favorieten, Brecht.

David Bowie is toch wel één van de grote 'muziekhelden' van de jaren '70. Maar ik moet er direct eerlijk aan toevoegen dat ik zijn laatste drie albums eigenlijk bijna van vergelijkbare klasse vind.

avatar van Polleket
Absoluut een topper. Alle nummers ademen een fantastische muzikale sfeer uit met als hoogtepunt Quicksand.

avatar van lennon
3,5
Hieronder is mijn recensie te zien zoals ik 'm geplaatst heb op http://leosbloghuis.blogspot.nl/

Bowie met overdreven geel haar op de hoes. Een opvallend tafereel. De hoes oogt als een schilderij van een paar eeuwen terug, en trekt steeds mijn aandacht. In deze dagen zouden we zeggen dat er nogal weinig pixels in zitten, en het wat Blurry is Mooie hoes!

1.Changes (3:33)
Een positief klinkent nummer maakt de opener een warm welkom. Dat is fijn een plaat instappen. Ik kan me voorstellen dat Bowie hier over zijn eigen transformatie zingt. Zowel muzikaal als over zijn identiteit? Erg sterke opener. De jazzy versie op David Bowie - Ziggy Stardust: The Motion Picture (1983) vind ik waar mogelijk nog beter. Het past erg mooi in dat nummer.

2.Oh! You Pretty Things (3:12)
Bowie onder begleiding van een piano. Dat begint wat saai, maar zodra het refrein begint is dat gevoel voorbij! Mooi, Bowie die hoog zingt, en het wederom vrolijke gevoel in de song. Het doet wat Beatlesk aan, maar dat is niet erg.

3.Eight Line Poem (2:53)
De overgang naar dit nummer is vloeiend, en als je het album niet kent lijkt het of je nog naar hetzelfde nummer luistert, alleen is de vrolijkheid ingeruild voor een serieuze noot. Mooi ingetogen nummer.

4.Life on Mars? (3:48)
De prijsknaller op dit album. Wat een verschrikkelijke mooie melodie heeft dit nummer. De opbouw van de song naar het refrein is werkelijk indrukwekkend. Mooi met dat orkest erbij. De drums doen met denken aan een Lennon song. Dat komt door de echo's in de drums. Voor mij persoonlijk één van zijn beste nummers.

5.Kooks (2:49)
Een nummer geschreven voor Bowie jr. Het schijnt geïnspireerd te zijn door Neil Young, maar ik hoor veel meer Beatles in dit nummer. Een vrolijk deuntje, geen hoogvlieger.

6.Quicksand (5:03)
Aan het begin van dit nummer balanceert Bowie op het randje qua vocalen. Het wordt net op tijd recht getrokken. De begleiding op akoestische gitaar is mooi, maar voor mij wordt het nummer pas echt interessant bij het tweede couplet als de piano erbij komt, en vervolgens de rest van de instrumenten. Mooie klassieke inslag op dit nummer. Ik blijf wel een beetje moeite houden met de zang van Bowie op dit nummer.

7.Fill Your Heart (3:07)
Dit nummer opent als een musical nummer. Een vrolijke piano en een blij orkest. Weer doet het Beatlesk aan hierdoor. Vocaal ben ik toch meer een liefhebber van een Bowie die iets lager zingt. Dat blijkt wel, omdat ik het op dit nummer weer net kantje boord vind. Zeker als hij "free" hoog inzet. Het kan net, maar mooi vind ik het niet. Dit nummer doet me niet zo heel veel.

8.Andy Warhol (3:53)
Het begin laat Bowie horen in de studio, hij probeert blijkbaar uit te leggen hoe de naar Warhol wordt uitgesproken. Een beetje vaag begin, maar als het eigenlijke nummer start zit ik er meteen lekker in. Mooie akoestische begeleiding, het doet wat Flamengo achtig aan op het eind. Mooi! Een respectvol eerbetoon aan een held van Bowie (en voor velen)

9.Song for Bob Dylan (4:12)
Dit nummer lijkt in eerste opzicht een eerbetoon aan Dylan, maar ik begreep dat dat het niet helemaal is. Het is meer een soort statement aan de wereld dat Bowie er nu is, en dat Rock 'n Roll terug is. Het is me niet duidelijk of hij dan toch een Dylan liefhebber is, want hij zingt soms wel als de man, en de song lijkt toch ook bewondering uit te spreken. Het doet er ook niet toe, het nummer is een genot om naar te luisteren.

10.Queen Bitch (3:13)
Eindelijk eens een rockerig elektrisch gitaar geluid. Bowie klinkt als Lou Reed. Dit nummer is het enige nummer wat me doet denken aan de Bowie van de voorganger David Bowie - The Man Who Sold the World (1970). Iets ontoegankelijker dan de rest. Dit nummer vind ik dan ook een vreemde eend in de bijt, voor wat betreft deze plaat.

11.The Bewlay Brothers (5:21)
De afsluiter is een ballad. Wederom is de akoestische gitaar leidend in de song. Het nadeel van het vele gebruik van dit instrument op deze manier is dat het wat eentonig gaat klinken. Maar dat is vooral bij de intros, want de nummers onderscheiden zich gaandeweg met het vorderen van de tijd vanzelf. Zo ook dit nummer. Het einde van het nummer is een typisch Bowie einde.. vreemd, met grappige effecten in een stem. Bowie zingt het erg mooi. en houdt mijn aandacht vast tot aan het einde van dit nummer, wat het een waardige afsluiter maakt.

Voor een Bowie plaat is dit een erg toegankelijk, en makkelijk album. Het ligt goed in het gehoor, en de composities zijn veelal vrolijk. Dit laatste zorgt toch bij veel nummers een link met the Beatles. Dat zal ook vast de tijdgeest zijn. Ik was nog niet geboren toen dit album uitkwam, dus dat is puur een gevoel wat ik mee krijg. Ik vind dit zeker geen slecht Bowie album (Ik heb op dit album af en toe nog wat moeite met zijn vocalen terwijl ik erg van zijn stemgeluid hou), maar zie het meer als een opmars van wat al zeer snel zal volgen, zijn Ziggy periode komt eraan, en dat was een zeer mooie belofte. 3,5 ster voor dit album.

avatar van Obscure Thing
4,5
Ik had dit album tot voor kort(de dood van de grootheid) nog nooit geluisterd. Ik was helemaal lyrisch over Ziggy Stardust en nam nooit de moeite om de inferieure versie van dat album te luisteren. Tenminste, dat dacht ik dus. Ik kende natuurlijk al het meesterlijke Changes en Life on Mars? maar de rest hoorde ik twee dagen geleden voor het eerst. En ik moet zeggen dat mijn argwaan vooraf compleet ongegrond is gebleken. Ziggy Stardust is eigenlijk heel anders dan Hunky Dory en ik ben meteen verliefd op dit album. Ziggy is harder en heeft misschien ietwat meer hoogtepunten, maar Hunky Dory blijft constant op een ongelooflijk hoog niveau en is dus constanter wat mij betreft. De piano is hier veel meer aanwezig en je hoort de geest van Baroque pop nog aanzienlijk meer in dit album. Glam staat hier dan ook nog in de kinderschoenen. De sound neigt af en toe zelfs naar The White album of Abbey Road als het aan mij ligt, maar het is ook weer onmiskenbaar Bowie. Bowie geeft het met zijn manier van zingen en vibe een unieke sound. En die teksten.... magistraal, dit gaat meteen tussen mijn favorieten van Bowie.

4,5/5

avatar van Reijersen
3,0
Naar aanleiding van dit topic beluisterde ik dit album.

David Bowie, de naam is natuurlijk zeer bekend en zijn faam wellicht wel net zo. Zelf ken ik vooral losse nummers van hem. Zo herken ik op de playlist van dit album meteen Changes. Het gehele album hoorde ik nog niet eerder. Zelf ben ik eigenlijk helemaal niet zo’n Bowie kenner. Dus ik zal ook geen vergelijkingen kunnen maken tussen albums. Uit de overlevering weet ik wel dat de beste man er één is die niet in één gat te vangen is. Dat hij een man die veel ontwikkeling en afwisseling meemaakt in zijn muziek. Op dit album staan gewoon allemaal lekkere nummers, het klinkt allemaal wel gewoon lekker. Niet per se heel ingewikkelde muziek en soms wat rommelig. De toetsen komen in bijna alle nummers wel sterk naar voren, de stem van Bowie luistert prettig en de energie zit er goed in. Het wat kleinere van Eight Line Poem is mooi, de meer bombast van Life on Mars? kan ik ook heel goed hebben evenals het wat meer blues Song for Boby Dylan.

avatar van BoyOnHeavenHill
5,0
Als iemand mij vraagt wat ik Bowie's beste plaat vind, kan hij of zij uit mijn antwoord eigenlijk niet afleiden wat ik Bowie's beste plaat vind, alleen maar wat mijn meest recènt beluisterde plaat van Bowie is, want in de jaren 70 maakte hij voor mijn gevoel zes platen die allemaal zó goed zijn dat ik daaruit onmogelijk die éne topper zou kunnen kiezen – tenzij ik één van die zes op de draaitafel heb liggen en na afloop constateer: ja, dít vind ik toch wel Bowie's beste plaat.
        Hunky dory is de eerste van die zes, en alles klopt er aan: songs, zang, arrangementen, gevarieerdheid, sfeer en produktie. De karakteristieke glamrock-gitaar van Mick Ronson die op het vorige album voor het eerst te horen was en die voor het volgende album zo bepalend zou zijn is hier eigenlijk alleen nog maar aanwezig op Song for Bob Dylan en vooral Queen bitch, schijnbaar omdat Ronson zich hier meer om de strijkersarrangementen bekommerde; in plaats daarvan heeft het album hier weer meer een folky feel, met veel akoestische gitaren en Rick Wakemans smaakvolle pianospel, maar de grillige composities en de fantasierijke teksten zorgen er wel voor dat dit album eerder avantgardistische rock dan moderne folk genoemd kan worden, en door de grote variatie krijgt het album ook een sterke emotionele lading, zodat bijvoorbeeld het psychologische portret van LIfe on Mars? gevolgd kan worden door het kwetsbare Kooks, en het Velvets-eerbetoon Queen bitch door het mysterieuze The Bewlay brothers. Zo heeft elk nummer zijn eigen sfeer en zijn eigen aparte insteek, maar doordat elk nummer zo sterk is èn door de overkoepelende visie van de artiest erachter doet het album toch nergens fragmentarisch of onsamenhangend aan.
        Sterker nog: ik vind Hunky dory Bowie's beste plaat.

Gast
geplaatst: vandaag om 00:39 uur

geplaatst: vandaag om 00:39 uur

Let op: In verband met copyright is het op MusicMeter.nl niet toegestaan om de inhoud van externe websites over te nemen, ook niet met bronvermelding. Je mag natuurlijk wel een link naar een externe pagina plaatsen, samen met je eigen beschrijving of eventueel de eerste alinea van de tekst. Je krijgt deze waarschuwing omdat het er op lijkt dat je een lange tekst hebt geplakt in je bericht.

* denotes required fields.