Arcade Fire, de band rond Win Butler en Régine Chassagne, knalde naar de top van de indierock in 2004 met hun legendarische debuut ‘Funeral’. Ze onderscheidden zich met hun spetterende arrangementen en unieke sound, om vervolgens consequent steengoede albums te blijven maken. ‘Neon Bible’ was verfrissend met een bijtender en donkerder geluid dan het warme ‘Funeral’, nadien zorgde ‘The Suburbs’ voor een nieuwe schokgolf in de muziekwereld. Zonder enige moeite scheen Arcade Fire weer een klassieker geproduceerd te hebben. De rode draad doorheen alle platen zijn grote thema’s zoals de liefde en de dood maar vooral ook maatschappijkritiek, vaak inspelend op de actualiteit. Op ‘Reflektor’ kwam dit allemaal perfect samen, met prachtige songs die mijmerden over zingeving in het digitale (en social media) tijdperk. Nu is ‘Everything Now’ daar, na een typische Arcade Fire marketingcampagne. Slaagt Arcade Fire er weer in om een situatieschets van ons moderne tijdperk te maken in de vorm van weergaloze, genre-overstijgende muziek? Let’s find out.
Toen de tracklist van ‘Everything Now’ bekend gemaakt werd hield ik reeds mijn hart vast toen ik zag dat er maar liefst drie incarnaties van het gelijknamige nummer op deze LP terug te vinden zijn. Gelukkig gaat het hier wel om een uitstekende single en tevens het beste nummer van de plaat. De twee miniatuurtjes ‘Everything_Now (continued)’ en ‘Everything Now (continued)’ zijn semi-sfeervolle aanhangsels van deze single, respectievelijk dienend als intro en outro. Voor het nummer zelf valt wel nog iets te zeggen: met een uitstekende videoclip en sterke lyrics was ‘Everything Now’ een lekker voorproefje. Het lied doet denken aan ABBA bij de intro en Talking Heads tijdens het refrein. Deze mag permanent in de setlist geparkeerd worden.
“Every inch of space in your head
Is filled up with the things that you read
I guess you’ve got everything now
And every film that you’ve ever seen
Fills the spaces up in your dreams”
De afgelopen maanden werden er nog drie singles gelost: ‘Creature Comfort’, ‘Signs Of Life’ en ‘Electric Blue’. De eerste viel nog zeer goed te pruimen, nadien daalde de kwaliteit echter zienderogen, waarbij ‘Electric Blue’ nog slechts een schim leek van songs uit een nog niet zo ver verleden.
‘Signs Of Life’ komt direct na ‘Everything Now’ en roept meteen een 70s sfeertje op door het gebruik van kenmerkende strings en een funky baslijn. Instrumentaal dik oké, maar als Win Butler invalt moet ik toch even slikken. Ik weet niet precies waar het schoentje wringt, maar dit nummer had zoveel meer kunnen zijn. De titel klinkt zelfs licht ironisch want dit lied blijkt een funk/disco oefening waar amper tekenen van leven in te bespeuren zijn. Live zou dit wel meer uit de verf kunnen komen, maar deze studioversie stelt me teleur met het gebrek aan energie en dynamiek.
‘Creature Comfort’ beviel me goed als single, en ook bij herhaalde luisterbeurten blijft het nummer overeind. De riffs zijn catchy en ik meen ook iets meer pit te ontwaren in de zang van Butler. Tekstueel blijkt dit nummer ook een zware brok te zijn, maar dan in de goede zin: dit gaat wel degelijk ergens over. De backing vocals van Chassagne zijn een leuke aanvulling. Sterk nummer dat er met kop en schouders bovenuit steekt.
“We’re the bones under your feet
The white lie of American prosperity
We wanna dance but we can’t feel the beat
I’m a liar, don’t doubt my sincerity”
Vervolgens komt ‘Peter Pan’ door de koptelefoon geschald. Dit lijkt op een soort dub-experiment dat vreselijk misgelopen is. Wie zat hier achter de knoppen? Heel veel mensen blijkbaar, als ik Googleman raadpleeg. Geen van die mensen slaagde er echter in om van dit nummer iets te maken. Ik hoor nog het meeste gelijkenissen met het tussendoortje ‘Flashbulb Eyes’ van het voorgaande album, maar dan nog veel ziellozer.
‘Chemistry’ begint leuk en upbeat, maar vervalt al snel in een repetitief gedreun zonder inhoud. Een tekstflard ter illustratie.
“Chemistry (Chemistry)
Chemistry (Chemistry)
You and me, we’ve got (Chemistry)
Chemistry
You and me, we’ve got (Chemistry)
Baby you and me
Could this be that (Chemistry)
Chemistry, baby you and me”
Trek zelf uw conclusies. Ik besluit dat dit niet de Arcade Fire is die ik wil horen.
Volgende nummers zijn ‘Infinite Content’ en ‘Infinite_Content’. Iemand moet het ongelooflijk geinig gevonden hebben om underscores te gebruiken, maar het nut ervan gaat aan mij voorbij. ‘Infinite Content’ is slecht geproduced, maar doorheen de meuk van geluid klinkt wel een energiek nummertje dat een aggressievere kant van Arcade Fire laat horen. Hier heb ik het puur over het gevoel, want de tekst is wederom meer mantra dan proza.
‘Infinite_Content’ lijkt dan weer het spiegelbeeld te zijn van het vorige nummer. De tekst blijft hetzelfde, maar we krijgen een ander arrangement: country-achtige begeleiding met vreemde strijkers. Het album lijkt op dit punt verloren te zijn. Er is nog een sprankeltje hoop, maar ik kan reeds met zekerheid zeggen dat dit album het eerste zal zijn dat men met gemak kan laten liggen. En voor een band van het kaliber van Arcade Fire is dat erg triest.
‘Electric Blue’, volledig gedragen door Régine Chassagne, valt beter mee in de context van het album. Misschien komt dit echter doordat de vorige nummers gewoon zo ondermaats zijn, wie zal het zeggen? Het is een aardige sfeertekening met zweverige muziek en dromerige zang zoals ik het wel graag heb, maar dan wel als toemaatje of interlude en niet als één van de betere nummers van een erg matig album.
“A thousand girls that look like me
Staring out at the open sea
Repeat the words until they’re true
Cover my eyes electric blue”
‘Good God Damn’ is, naast een rare titel, een best leuk nummer met opnieuw funky, laid-back begeleiding en een aangename beat. Toffe achtergrondmuziek. Het was nog beter geweest met vocals van Barry White i.p.v. Win Butler.
‘Put Your Money On Me’ is zeker niet slecht, maar is in hetzelfde bedje ziek als de meeste nummers op ‘Everything Now’: de band klinkt levensloos, speelt zonder fut. Win Butler klinkt ongeïnteresseerd en weinig gepassioneerd, zeker vergeleken met de enorme bevlogenheid van de voorbije jaren.
‘We Don’t Deserve Love’ is het langste nummer, maar tegelijk ook het meest interessante. Muzikaal is het allemaal erg mooi en ook de zang zit goed, veel beter dan op de meeste nummers hier. We gaan op een ontspannen manier naar het einde van het album toe.
Echt eindigen doen we tenslotte met de outro die ik eerder al vermeldde en eigenlijk niets toevoegt aan het geheel van de plaat, behalve dat het ons nog eens doet denken aan het beste nummer dat we als eerste voorgeschoteld kregen.
Ben ik streng voor Arcade Fire? Ja. Maar enkel omdat ik deze band een warm hart toedraag en weet dat ze zoveel beter kunnen. De beste leerlingen worden doorgaans het hardst gedrild, en ook Arcade Fire moet dringend wakker geschud worden. Doorheen de jaren veranderde de band soms van richting, en elke plaat klonk wel anders. Geen probleem, als de passie en de oprechtheid consequent aanwezig blijven. Bij ‘Everything Now’ is dit het grootste struikelblok. De meningen zullen ongetwijfeld verdeeld zijn, maar voor mij is dit de eerste miskleun van een fantastische band. We hopen op een glorieuze ‘return to form’ binnen enkele jaren. Volgende keer beter, jongens!
Deze recensie is afkomstig van mijn muziekblog
Pop-Pourri , ook terug te vinden op Facebook