menu

Hier kun je zien welke berichten hoi123 als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Girl Band - The Talkies (2019)

4,0
Moeite met ademen, een gevoel van dissociatie met je omgeving, de ervaring van het verlies van controle, misselijkheid, een extreem hoge hartslag. Het is niet netjes om te diep in te gaan op het privéleven van muzikanten, maar zanger Dara Kiely is op een redelijk achteloze manier open over de symptomen van de paniekaanvallen (en andere mentale klachten) waar hij al een tijd mee heeft moeten kampen. Het is gelukkig ook geen controversiële claim om te maken dat zijn mentale gezondheid een grote inspiratie voor het maken van The Talkies was: de live opgenomen, twee minuten durende paniekaanval die het album inluidt op Prolix is daar vrij ondubbelzinnig over. Het feit dat de dissociatie die mensen met paniekaanvallen ervaren gereflecteerd is in het bewust weglaten van alle persoonlijke voornaamwoorden in de songteksten is hier ook een mooi bewijs van. En, laten we eerlijk zijn, de muziek van Girl Band, die op dit album hun status voor mij consolideert als de beste band van het afgelopen decennium, laat bij ieder weldenkend mens nogal wat alarmbellen rinkelen.

Hoe doen ze dit? Al op voorganger Holding Hands With Jamie heeft deze Ierse band laten horen hoe ze een tegenstrijdige combinatie van woeste energie en complete paniek kunnen opwekken in de luisteraar. De basisformule bestaat uit een ronkende basgitaar die op het vlak van melodie vaak het belangrijkste instrument van de bezetting is, een gitarist die afwisselt tussen atonale noise en ongemakkelijk omhoog of omlaag glijdende tonen, onlogisch strakke drumpartijen en dan natuurlijk de koning van het wauwelen in de vorm van Dara Kiely. Al deze elementen zijn aanwezig op The Talkies, maar de heren zijn nog verder gegaan in de kunst van het vakkundig ongemakkelijk maken van de luisteraar. Zo is de echte climax van Shoulderblades niet het refrein, waar Kiely zijn longen uitschreeuwt over Ierlands meest bekende gespleten persoonlijkheid Ed Mordake, maar een kort instrumentaal middenstuk, waar bassist Daniel Fox nieuwe hoogtes van dreiging verkent met zijn pulserende bass die door een stoïcijnse drumbeat wordt begeleid. De verslavende naarheid van deze combinatie wordt alleen maar versterkt door gitarist Alan Duggan, die deze beat kapotslaat zoals je met een ijzeren buis een kapotte wasmachine zou kapotslaan. Ook de manier waarop Kiely's ziel er vrij letterlijk door zijn keel uitgetrokken lijkt te worden bovenop een bijna ironisch staccato gitaarriffje in Amygedela is een serieus zorgwekkende ervaring voor de luisteraar. Tot slot doen de steeds meer aanzwellende overstuurde drums die muzikaal palindroom Aibohphobia (snap je hem?) uitgeleide doen nog het meest denken aan een leger van bouwmachines die op het punt staan om je huiskamer tegen de grond te werken.

En wat is het dan ook fijn dat Girl Band zo goed de kracht van nuance begrijpt. Tot nu toe heb ik The Talkies beschreven als een album van complete terror - en begrijp me niet verkeerd, dat is het ook. Toch, juíst omdat deze mannen zo goed begrijpen dat een goede melodie of rustmoment dat algeheel gevoel van onbehagen alleen maar kan versterken, onderscheiden ze zich zo van veel andere bands in het noiserockgenre. Couch Combover start met misschien wel de meest catchy zanglijn die de band heeft geschreven sinds hun vergeten openings-EP, waarna de impact extra groot is als Kiely met schijnbaar vier verschillende stemmen tegelijkertijd over de gierende gitaren begint te schreeuwen in de climax van het nummer. Easy listening zou ik het niet noemen, maar Salmon of Knowledge is zeker voor de eerste minuten bijna laid-back te noemen, wat dan weer de afstandelijke uitgeblustheid die de band kan uitstralen benadrukt. Ook Laggard speelt op een geniale manier met dynamiek door drie minuten van nietsontziende gitaren (of zijn het toch echt alarmsirenes?) op te volgen met twee van de stilste minuten van het album.

Het moge duidelijk zijn: na hun vier jaar durende pauze is de muziek van Girl Band nog steeds één grote, zinderende paniekaanval. Het verdere afscheid van traditionele songstructuren en het brede scala aan experimenten in de productie toont aan dat dat niet wegneemt dat ze met The Talkies weer nieuwe dieptes hebben verkend. Dit geldt ook voor het emotionele vlak: in de delirische trance die de laatste minuten van Prefab Castle vormt, mompelt Kiely de laatste woorden van het album: "When it's depressed/Still in love/When it's happy/Still in love/When it's all sad/Still in love/When it’s anxious/Still in love". En als ik, murwgeslagen en gedissocieerd, merk dat ik verdomme ontroerd word van hoe er toch nog wat menselijks, wat liefdevols achter deze meedogenloze geluidsmuur zit, weet ik dat ik met het beste album van het jaar te maken heb.

Godspeed You! Black Emperor - F♯A♯∞ (1997)

4,0
The car's on fire and there's no driver at the wheel
And the sewers are all muddied with a thousand lonely suicides


Nee, F# A# Infinity is geen positieve plaat, zo blijkt uit het stukje spoken word waarmee het album wordt ingeleid. Als het niet uit deze tekst blijkt, blijkt het wel uit de instrumentatie. Strijkers die niet per sé erg dramatisch of bombastisch overkomen, als wel berustend en soms wat klagend. Gitaren die huilend het nummer begeleiden en percussie die al deze stemmen - ik ken weinig albums waar de instrumenten zo menselijk klinken - in toom houdt.

Ik lees hier en daar dat F# A# Infinity het einde van de wereld voorstelt, maar zo wil ik het niet zien. Deze plaat is een soort sfeerbeschrijving van hoe een wereld, een stad, een huis, u mag zelf bepalen welke schaal, er uitziet na een uitbarsting, u mag zelf bepalen welke soort. Natuurlijk is het ongelooflijk emotioneel bij vlagen, maar de verschrikkelijke, harteloze chaos van verwoesting zou ik toch echt niet aan deze plaat willen toewijzen.

Natuurlijk, de bijna apocalyptische uitbarstingen hier en daar doen wel andere thema's vermoeden, maar dit soort gevoelens zijn ook op veel kleinere, veel persoonlijke schaal merkbaar. Maar juist dat is wat deze plaat zo boeiend maakt; het contrast tussen buiten en binnen de ramp (de oprecht vrolijke kermisorgel in Dead Flag Blues bijvoorbeeld; niet iedere kermisorgel is verwrongen en dat bewijst deze, die een ronduit meezingbaar deuntje speelt), hoe de wereld doorgaat tijdens en nadat het kwaad geschiedt.

En ja, de opbouw naar die uitbarstingen natuurlijk. Geweldig. Ik zou naar mijn mening niet overdrijven dat er weinig bands zijn die met kleine dingen - eenvoudig gitaargepiel in afsluiter Providence bijvoorbeeld - zo'n grote spanning kunnen creëren en die spanningen ook zo pijnlijk, zo onhoudbaar kunnen maken. En vooral de manier waarop ze het doen blijft zo knap; ieder klein detail heeft, net zoals in een boek of film, een onmisbare functie voor het geheel en is daardoor ook werkelijk waar niet te vervangen. En dit gezelschap heeft dat opgemerkt; hun weliswaar lang uitgesponnen composities duren nauwelijks te lang.

Let wel; nauwelijks. Zo zijn er heus overbodige, misschien wel aan pretentieus grenzende stukjes - de vier minuten stilte in Providence bijvoorbeeld - die best weggelaten hadden mogen worden. Door deze kleine stukjes is de plaat nét iets minder overdonderend, nét iets minder overtuigend, maar dat neemt niet weg dat F# A# een ongelooflijk indrukwekkend sfeerbeeld is, dat vooral qua (muzikale) afwisseling echt bijna ongeëvenaard is.