menu

Hier kun je zien welke berichten Ataloona als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Acid Mothers Temple & The Melting Paraiso U.F.O. - Wake to a New Dawn of Another Astro Era (2016)

3,5
Ik ben al een tijdje niet meer zo up to date met de Acid Mothers Temple (de jongste plaat die ik van ze ken dateert alweer uit 2007 - Soul of a Mountain Wolf), maar deze mag er toch wel zijn.

Voelt behoorlijk anders aan, dat dan weer wel. Niet ontoegankelijk, doch nog even trippy. Gewoon flink stevige space rock. Met de nadruk op space, want de futuristische bliepjes zijn overal aanwezig. Verder valt het me ook op dat de band wat meer virtuoos lijkt te zijn geworden. Enorm veel gitaarsolo's die minutenlang doorgaan en overgaan in elkaar en de drummer die werkelijk compleet uit z'n plaat gaat. Zonder overdrijven; vrijwel de hele plaat door. Het zijn natuurlijk altijd al uiterst bekwame muzikanten geweest, maar hier laten ze dat even extra merken. Misschien vind ik het daarom ook wel ietsje minder als in de - subtiel doordachte - tijden van weleer (het debuut, La Novia, Electric Heavyland). Absoluut geen slechte plaat verder. Ik kan mij dus best wel eens wat verder verdiepen in recentelijk werk van deze Japanners.

Add N to (X) - On the Wires of Our Nerves (1998)

4,5
Add N To (X) mag zichzelf toch wel een opvallende band noemen. Niet alleen de cover valt op, maar ook de muziek. De cover sluit (tot mijn verbazing) goed aan met de muziek. Alsof ze de luisteraar met hun muziek weer tot leven willen wekken.

Add N To (X) bestaat uit 3 personen: Barry Smith, Ann Shenton en Steve Clayton. Het trio gebruikt vaak slechts 3 instrumenten die soms door andere instrumenten worden aangevuld. Analoge keyboarden spelen de hoofdrollen, maar ook de vocoder en de elektrische drums worden uit de kast getrokken. Dit levert een verbazinwekkend goed album op. Ze halen hun inspiratie vooral uit artiesten en bands als Klaus Schulze, Kraftwerk en Cabaret Voltaire, maar ook uit jaren 80 elektro-popbands zoals bijvoorbeeld Human League of de elektrische discomuziek van Giorgio Moroder. Voeg daaraan ook nog eens punk en futuristische rockmuziek toe en je hebt Add N To (X).

On the Wires of Our Nerves (Mute, 1998) is vooral een erg duister album met futuristische bliepjes, harde (punkachtige) elektronische escapades, ruige beats en vage krakende geluiden. Keiharde elektronica dat niet in te delen valt in een hokje. Add N To (X) slaagt er eigenlijk zelfs in om een nieuw ''iets'' te creëren. Een unieke tak in de elektronische muziek. Voor de liefhebber dus en het is eigenlijk gewoon schandalig dat dit hier op MusicMeter, de muzieksite voor liefhebbers, tamelijk genegeerd wordt. Ga dit luisteren als liefhebber van electronic zou ik zeggen!

Absolute hoogtepunten zijn het heerlijke - soort van - dancenummer Murmur One (absoluut hoogtepunt in de elektronica), King Wasp, On the Wires of Our Nerves en Hit Me. 4,5*

Air - Air Raid (1976)

4,0
Air is - wat mij betreft - één van de sterkste jazzcollectieven ooit op plaat vastgelegd. Bestaande uit een trio voortgekomen uit de Chicago AACM-beweging bestaande uit saxofonist Henry Threadgill, bassist Fred Hopkins en percussionist Steve McCall. Drie innovatieve muzikanten die niet voor elkaar onderdoen. Geen centrale leider (al neigt Treadgill daar wel erg naartoe), maar drie aan elkaar gewaagde muzikanten die allen de ruimte krijgen om te excelleren, te improviseren en te soleren op composities van Henry Threadgill.

Het concept van Air Raid is hetzelfde als het concept van zijn voorganger - Air Song. Vier composities, ik noem het maar suites, die ieder hetzelfde doel hebben, namelijk het accentueren van één solo-instrument. Deze solo-instrumenten worden bespeeld door Treadgill en bestaan onder andere uit altsax op het titelnummer en Midnight Sun, fluit op Release en tenorsax op Through a Keyhole Darkly. De muzikanten hebben zich door dit concept laten inspireren door het uitgaansleven in New York (waar ze rond de opnames van dit album woonden) en vooral door de nieuwe dingen die ze daar zagen in onder andere jazzclubs. Daarmee mengden ze eigenlijk contemporaine kamermuziek, moderne dans (Threadgill musiceerde hiervoor aan de Columbia-universiteit van Chicago), freejazz en Threadgill deed eigenlijk de lijn tussen deze genres vervagen, zoals wel meer aanhangers van de AACM deden.

De fundering van dit album komt bij Steve McCall vandaan die met zijn percussie compleet aanvoelt waar Treadgill met zijn solo's heen gaat (niet vreemd aangezien zij al vrienden waren sinds highschool). Tevens roffelt McCall zelf ook nog lekker aan in een heerlijke drumsolo op Release. Het knappe van Air is dat zij alles omtrent de compositie zelf improviseerden en het nog goed en bedacht kunnen laten klinken. Zo ook bassist Hopkins die er de ene na de andere complexe ritmes tegenaan gooit zonder iemand uit balans te brengen, maar ook zonder het geforceerd moeilijk te laten klinken. Treadgill is - zoals gewoonlijk - in meestervorm en laat zijn muzikaliteit en veelzijdigheid zorgvuldig horen op de verschillende solo's op de verschillende instrumenten.

Wederom stelt Air niet teleur en het is op Air Raid gewoon weer genieten van deze drie klasbakken. Bizar goed en tijdens het luisteren kan een moment van verbazing gewoon niet ontgaan. Dit is simpelweg fantastisch.

4/5

Alan Silva and His Celestrial Communication Orchestra - Luna Surface (1969)

3,5
Behoorlijk krankzinnig plaatje inderdaad. Ik ben er zelf wel goed tegen bestand en eerlijk gezegd vind ik het ook wel erg fijn. Ik weet alleen nog niet of ik het nou briljant vind hoe Alan Silva deze grootheden tegen elkaar - kennelijk zonder enige idee - laat opspelen, of dat ik het herrie maken om het herrie maken vind. Ik denk dan toch eerder het eerste. Het uitgangspunt van de twee delen is overigens vrij simpel; Silva en Leroy Jenkins spelen een geschifte duo-vioolsolo (krijsend, hence mijn eerste opmerking over krankzinnigheid) en worden ondersteund door onder meer het energieke basspel van Malachi Favors. Daarna barst op een compleet willekeurig de gekkigheid los met drums, piano en saxofoons waarbij vooral Shepp en Braxton zoals wel vaker heerlijk lopen te piepen en knarsen (even tussendoor: ook Dave Burrell valt duidelijk - dissonant, zelfs onder deze lui - op). En that's it; daar heb je de plaat. Je kunt het wetenschappelijk benaderen, of het gewoon nemen voor wat het is.

De productie is overigens abominabel slecht. Gewoon crappy, maar daardoor wordt de opname juist zeer ijzingwekkend. Zo heerst er een beklemmend en benauwd sfeertje. Een claustrofobische opname waarbij het haast lijkt alsof zelfs de geluidsbanden de herrie nauwelijks kunnen dragen en bevatten. Ik vind het intrigerend en afschrikwekkend tegelijkertijd, maar daar komt mijn fascinatie voor Borbetomagus goed van pas zodat ik dit ook wel kan waarderen. Ik ben alleen nog niet zeker of ik hier nu juist een enorm hoog cijfer voor moet geven of een 3,5/5 voor de moeite. Een plaatje van uitersten dus.

Alanis Morissette - Jagged Little Pill (1995)

4,0
Leuke plaat van Alanis Morissette. Ondanks dat ik You Oughta Know en Ironic altijd wel leuke nummers vond heb ik de plaat nog nooit eerder geprobeerd. Uiteindelijk is het me helemaal niet tegen gevallen, mede omdat ik de plaat al van delen kende. (misschien dat een familielid een aantal nummers hiervan draaide vroeger)

Alanis zingt zorgeloos, op haar gemak en zeker op haar eigen manier. En zo heeft ze toch een hele fijne stem. De nummers zijn bij vlagen een combinatie van dromerige ballads, lekkere rocknummers, soms een beetje funk, een klein toefje hiphop (te horen aan de productie en soms de drums) en erg fijne pop. De gitaren klinken ook top. Zit een scheurende psychedelische klank aan wat goed in de breaks te horen is. (zoals in You Oughta Know)

De toppers op dit album zijn toch wel de herkeningsnummers voor mij, zoals You Oughta Know, Hand in My Pocket, You Learn, Mary Jane en Wake Up. Prima poprock album dus. 3,5*

Amatorski - tbc (2011)

3,0
Vaak schrik ik er een beetje van als zo'n nieuw album gelijk een hoge score krijgt en de aanduiding pop is, vaak bevallen de albums mij dan wat minder Maar zonder gekkigheid werd mij dit album door meerdere users hier aangeraden en uiteindelijk met wat lage verwachtingen het album geluisterd.

En ik was verbaasd door de muziek. Dit is het ultieme resultaat als je het stemgeluid van Björk, de instrumentaties van Portishead en de manier van sfeerzetten van Massive Attack kruist. Bij vlagen erg dromerig met een sfeer die erg mooi boven komt drijven bij de uitgespannen nummers, maar ook bij kortere nummers als het fenomenale Soldier die nog vaak op de repeat gaat bij mij. Ook het èèn na laatste nummer is erg sterk. Nog erg dromerig in het begin als hij iets over de helft uitbarst naar een maniakale free-rock gedeelte waarbij elk bandlid zich kan uitleven. Mooie eruptie die toch een klein beete onverwacht kwam. De hidden track heb ik minder mee, zoals altijd met hidden tracks, echter komt er na de stilte nog een hele mooie compositie en een eind aan een erg sterk album en tot nu nog wel het beste album van 2011, voor mij dan. De 4,5 sterren zijn alvast verdient en er is nog een kans op een verhoging.

Angel Olsen - My Woman (2016)

3,0
Hier bereikt ze wel een heel ander publiek mee en het zal het wel leuk doen in de muziekblaadjes. Anderzijds zie ik nou ook weer niet echt in wat het grote verschil zou moeten zijn met de voorganger ''Burn Your Fire''. Toch grotendeels een herhaling van zetten op dit album. Het is dan ook geen onaardig album, maar toch wel bijzonder saai eigenlijk. Zo'n puntig nummer als ''Shut Up Kiss Me'' is wel leuk; behoorlijk á la Courtney Barrett (al lijkt mij dat namen als Edith Frost, Juliana Hatfield en Liz Phair beter als invloeden aan te wijzen zijn). Voor de rest moet ik dit nog wat meer luisteren denk ik, want de koerswijziging ingezet met haar vorige release irriteert me nu nog vooral.

Vooralsnog een vrij nietszeggend en dertien in een dozijn plaatje. De uitgespannen nummers zoals ''Woman'' doen inderdaad een beetje denken aan Twin Peaks - Julee Cruise - doch vind ik Olsen's stem daar niet echt geschikt voor. Mooi en schattig; niet bezwerend. Overigens zijn er ook nog wat countryinvloeden te horen. Nou ja, leuk. Teleurstelling.

Ant-Bee - Pure Electric Honey (1990)

4,0
Billy James, beter bekend onder zijn alias Ant-Bee is een zeer begaafd multi-instrumentalist. Dat laat hij ook zeker horen op dit album. Hij speelt op dit album drums, gitaar, vocals, percussie, tabla en keyboards. Ook neemt hij de tapemanipulaties, productie en het artwork voor zijn rekening. Echter word hij ook nog eens bijgestaan door een prachtige lijst van muzikanten die onder meer in The Mothers of Invention, The Alice Cooper Group en in The Magic Band van Captain Beefheart hebben gespeeld.

Het album staat vol met manipulerende en hallucinerende geluiden. Het is een soort van psychedelische mindfuck zoals de films van David Lynch. (het doet ook een beetje denken aan de stemmanipulaties van Twin Peaks in de ''Lodges'') Het brengt het beste van de psychedelische tijd van de Beach Boys, de vroege periode van Pink Floyd en de artistieke bewijzingsdrift van Frank Zappa tezamen.

In principe is het hele album een soort gefilterde mix van fieldrecordings en instrumenten die opgenomen zijn met een techniek waardoor ze ver naar de achtergrond gedreven worden. Het resultaat is een chaotische en dromerige waas van natuurlijke geluiden en electronische technieken die over de wereld heen waaien.

1 nummer in het speciaal verdient de aandacht: Evolution #7. Een briljante compositie, dynamisch en gevarieerd. Het nummer zit vol met psychedelica. De sitar, de vervorming van de gitaren, de klagende zang op de achtergrond zang en de kerkelijke symfoniën zijn daar bewijzen van. De gitaar speelt de hoofdrol in dit intense nummer. Chaos en extase - doorgaans 2 tegenpolen - vormen deze compositie.

4*

Anthony Braxton - Saxophone Improvisations Series F (1972)

4,5
Vanmiddag luisterde ik cd 1 van deze plaat, en nu rond ik net cd 2 af en wat een intense trip is het geweest! In principe legt korenbloem precies uit hoe deze plaat aanvoelt. Kil, afstandelijk, leeg en emotievol. Alsof Braxton in zijn eentje op deze wereld staat met alleen een saxofoon. Rust, nergens ook maar een geluidje te horen, alleen hij en zijn sax en zo speelt hij zich leeg op een prachtige manier. Dankzij de leegte voelt de sax zo apart aan, zo mooi met zo veel oprechte emotie. Enorme klasse. 80 minuten alleen maar een sax en het word nergens saai, piepende geluiden, aanstekelijke ritmes, maar vooral de missende ''jazzsfeer''. Het voelt meer aan als een avant-garde plaat dan als een jazzplaat. Een ultiem geheel wat telkens op het hoge niveau blijft om dan met een zinderende climax van 19 minuten te eindigen. Braxton doet wat hij wilt en hij doet het op zijn eigen herkenbare manier.

Vreemd dat ik hier niet eerder naar ben gaan luisteren, dit terwijl ik hem al 4 maanden geleden getipt kreeg door korenbloem en hij mij er vandaag weer eens een keer aan herinnerde. Gelukkig maar, want dit is een prachtig album. Niet standaard jazzwerk, maar echt een work of art. Klasse en op naar For Alto!

ARRM / Lonker See - ARRM / Lonker See (2017)

Alternatieve titel: Split

4,0
Hele goede psychrock met invloeden uit death metal (of black metal, of doom...ben niet altijd even thuis in die genre aanduidingen), free-jazz, post-rock, wat drones en crossover dingen als Envy en All Them Witches (vooral ATW!) etc. Vooral het eerste nummer doet sterk denken aan psychedelische muziek zoals Roy Montgomery maakt in zijn diverse projecten. ARRM bestaat uit bandleden van Thaw en Furia en dit is een beetje een lang uitgespannen variant daarvan waarbinnen iedere noot zich voortduwt en stuwt naar de volgende noot en onherkenbaar wordt vervormd met feedback en distortion. Bovendien doet het ook sterk denken aan de projecten waarbinnen ARRM heeft samengewerkt met Stara Rzeka en het jazzachtige improvisatiegebeuren van Lonker See klinkt als iets waar de liefhebber van Innercity Ensemble voor te porren is.

Polen is echt de place to be op het moment voor de eigenzinnige muziekliefhebber.

Atomic - Boom Boom (2003)

3,0
Atomic – Boom Boom

Een album dat aangeraden werd door Lukk0 in het fantastische ‘’Review-Album van de Week!’’-Topic. Een Scandinavisch jazz album wat erg word ondergewaardeerd.
Nou wou ik eigenlijk een ander album recenseren van wat Lukk0 ons allemaal gaf maar ik wou me maar weer eens gaan verdiepen in de jazz.

Dit is het eerste jazz album wat ik review en dat ga ik toch anders aanpakken dan ik normaal doe met mijn nummer voor nummerstructuur.

Al bij de eerste klanken hoor je dat dit free-jazz is. Buiten de lijntjes als een peuter op de peuterspeelzaal maar ook weer niet te ver daar buiten. Het blijft nog altijd een tekening en zo gaat dat ook op dit album. Toner Från Förr gaat niet te ver buiten de lijntjes en blijft netjes gecomponeerd. Boom Boom is dan ook duidelijk gestructureerde free-jazz, oog voor detail en gevoel maar nog steeds ruimte voor eigen interpretatie. Het is allemaal wel knap wat ik hoor maar het mist gevoel. Er zit duidelijk passie en plezier in hun spel maar ik ben toch van de down-tempo jazz. Het is fijn gemusiceerd maar daar blijft het ook wel bij. Boom Boom is een nummer wat duidelijk structuur heeft maar waar ook vrij geïmproviseerd word in de sax solo. Hierdoor is het geheel mooi met de snelle bas en de heerlijke typische jazz drumschema.
Het krabbelt zich allemaal voort met luxe solo’s zonder dat het me echt raakt. Waar andere free-jazz albums als Ornette Coleman, Ascension en Spirit of Eden (totaal anders ik weet het) me wel raakten weet deze dat niet te doen. Een nummer als Praeludium spreekt me ook totaal niet aan. Het drumgeluid boeit me niks, en wordt wat gepingeld op de bas, de saxofoon zit maar wat te blèren, jammer maar echt een bagger nummer. Cleaning the Dome en Feets from Above zijn wel erg sterk. Rustiger, gevoeliger, meer structuur en meer emotie. De betere jazz van Atomic als ik het zo mag zeggen. Cleaning the Dome is weliswaar wat sneller als zijn voorganger het is nog steeds sterk. Dit is weer echte free-jazz. Mooi pianospel en goede sax solo’s die mij meer aanspreken dan de eerste 3 nummers. Er zit wat meer zwoel in.
Re-Lee is wat gepriegel wat zeker niet hinderlijk is om naar te luisteren maar ook niet zeer hoogstaand. Maar dan komen we toch bij een schijnbaar mooi nummer, met een rustige bassolo beginnen is bijna altijd mooi, toch? Ik word ook zeker niet teleurgesteld door het nummer. Het klinkt als 1 grote improviseer trip en zo wil ik ook wel vermaakt worden. 1 van de sterkere nummers van dit album. Hyper is gewoon ook weer een improviseer jam wat zeker goed gecomponeerd klinkt maar waar het me nergens wil pakken.

En dan maar even een regel overslaan voor het prijsnummer: De fantastische Radiohead-cover Pyramid Song. Hier is emotie te horen. Prachtige saxofoon geluiden. Mooi ondersteund door piano, bas en de rustige drums. Het is prachtig, ontroerend zelfs. Waar het album mij op korte ogenblikken soms eventjes wist te pakken pakt dit nummer mij helemaal. Het zuigt je als het ware in het oude Egypte. Zo’n sfeer heeft het. Je kijkt gehypnotiseerd toe hoe de nieuwe Farao zijn onderdanen hard laat werken voor het nieuwe kunstwerk, een bekroning op zijn leven, een piramide. Prachtig nummer en ook zeker een prachtige cover.

Al met al geef ik dit album 3*. Dat komt omdat er toch nog 1 hoogtepunt is en een drietal aardige tot sterke nummers en 2 hele zwakke nummers. Het album wat je mij had aangeraden van Studio vind ik wel erg goed en zal ik nog wel proberen te reviewen.
Al met al geen geslaagde jazz-review. Ik was liever positief geweest maar de meeste jazz albums bevallen mij wel. Ik ben in ieder geval niet krankjorum van dit album geworden

Aurora Sutra - The Dimension Gate (1994)

3,5
Apart album van Aurora Sutra, een beetje vervreemdend ook. Het doet een beetje denken aan Dead Can Dance met een (toen) hedendaagse elektronische omranding. Ik zou het zowat een epos noemen over een dimensionale toeganspoort die vroeger en nu verbind.

Het album bevat krachtige apocalypstische stijdliederen die zo uit de Middeleeuwen hadden kunnen komen. De vrouwelijke sopraan doet haar verhaal op een prachtige tragische manier. De man begeleidt haar op een passievolle manier. De electronics (die neigen naar techno) passen perfect op dit album. Er komen op elk nummer wel weer erg aanstekelijke technoriedeltjes voorbij die maar in je hoofd blijven zweven. Ook de elektronische sound van de drums en percussie staan perfect ingemixt wat de volksliederen meer kracht meegeeft.

Kosmische new-age muziek en electronic komen bij elkaar. De hoogtepunten zijn In Search of Unity, Egypt, Firenze, The Marriage of Heaven and Earth en de vier suites van Element. 3,5*

Azalia Snail - Snailbait (1990)

4,0
Een plaat dat niet helemaal is wat het lijkt. Het doet denken aan een hallucinante LSD trip en Azalia Snail doet schijnbaar ook haar best om dat doel te bereiken op Snailbait. Ze gebruikt hiervoor veel overdubs op haar gitaar en stem, om ze daarna veelvuldig te vervormen en te manipuleren in de productie. Voeg daarbij nog wat vage geluidsexperimenten toe en je hebt een psychedelische mindfuck van hier tot aan Tokio.

De ene keer schrijft ze weer lievelijke folksongs, de andere keer wat hardere rocknummers. Echter zijn ook de lievelijke folksongs niet altijd wat ze lijken. Hiss & Crackle bijvoorbeeld begint nog heel lievelijk en harmonieus om dan te eindigen in kakafonische chaos. Ook het instrumentale Driftless heeft dat effect. Eerst is het dromerig, maar langzaam word het wat chaotischer. Er worden vage geluiden toegevoegd en het nummer begint steeds getripter te klinken. Ook haar zang is vaak verrassend te noemen. Klinkt ze eerst nog als een schoolmeisje dat haar eerste LSD trip heeft en begint te zingen, later klinkt ze weer als een gefrustreerde tiener die huisarrest heeft gekregen omdat ze weer eens te laat thuis kwam.

Het hoogtepunt moet echter nog komen met de geluidscollage So Much More to Go waarin ze verschillende opgenomen gitaar en zang tapes manipuleert en vervormt om ze uiteindelijk in elkaar te knippen op een prachtige wijze. Wat volgt is een collage van rustige delen, harde rockende delen, delen waar je prachtige geluidseffecten hoort en delen waarin het lijkt alsof je droomt. Een 23 minuten durende, vaag, experimenteel, wazig, psychedelisch en vooral hallucinante afsluiting van een erg sterk album. 4*