menu

Hier kun je zien welke berichten Lura als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Aaron Frazer - Introducing... (2021)

4,5
De zingende drummer Aaron Frazer van Durand Jones & The Indications vond het tijd worden om een soloalbum uit te brengen. In amper een week nam hij Introducing… op, met Dan Auerbach als producer. De ene helft van de nummers schreven ze samen, de andere helft werden ze iedere keer geholpen door een coauteur. Daarnaast arrangeerden ze samen alle nummers.

De songs worden gezongen met de kenmerkende falsetto van Frazer, waarin je vooral invloeden hoort van Curtis Mayfield en Smokey Robinson. Muzikaal gezien grijpt men vooral terug naar soulinvloeden uit een grijs verleden. Men past soms ook de fade-out toe, wat vroeger vaak gebruikt werd. Maar er zijn ook moderne invloeden te horen. Ritmisch gezien maakt men af en toe gebruik van hiphopinvloeden.

Tekstueel gezien is de liefde regelmatig het onderwerp, maar ook maatschappijkritische thema’s worden niet geschuwd. Zo maakt Frazer in Bad News zich grote zorgen over hoe de mensheid omgaat met het milieu. Een thema waarover Marvin Gaye al zong in 1971 op zijn soulklassieker What’s Going On.

Niet alleen in woorden is hij geëngageerd, maar ook in daden. Hij steunt Sol Nation’s Good News Bad News campaign, een organisatie, die oplossingen aandraagt en toepast voor milieuverbetering. Daarnaast steunt hij ook een campagne, die zich inzet voor de zwakkeren in onze samenleving.

Naast Dan Auerbach op gitaar zijn een groot aantal door de wol geverfde muzikanten te horen op het album, zoals bijvoorbeeld leden van The Memphis Boys. De kwaliteit van de songs hebben overigens duidelijk niet geleden onder het snelle ontstaansproces. In tegendeel, Introducing… wist mij snel te overtuigen en zal zeker bij liefhebbers van Curtis Mayfield in de smaak gaan vallen.

Aaron Lee Tasjan - Tasjan! Tasjan! Tasjan! (2021)

4,0
Dankzij het blog Krenten uit de pop van collega Erwin Zijleman maakte ik in 2016 kennis met het uitstekende tweede album Silver Tears van deze in Nashville residerende singer-songwriter. Erwin was terecht lovend : “Silver Tears is een plaat die zo lijkt weggelopen uit de jaren 70. Bij eerste beluistering hoorde ik direct de invloeden van met name Harry Nilsson, Randy Newman en af en toe Roy Orbison (of Chris Isaak)”. Ikzelf had diezelfde ervaring. Voordat Tasjan zijn solocarrière begon speelde hij een blauwe maandag in de door hemzelf meeopgerichte, door glamrock beïnvloede, band Semi Precious Weapons. Hij is nog te horen op het in 2008 verschenen en door Tony Visconti geproduceerde debuutalbum We Love You. Het nieuwe, vierde soloalbum Tasjan! Tasjan! Tasjan! kan gezien worden als zijn persoonlijke dagboek van de laatste paar jaar. Zodra de liedjes af waren nam hij ze meteen op. Het geluid van de nieuwe songs is behoorlijk retro. Deze keer zijn er af en toe zelfs Beatlesinvloeden te horen, vooral in Another Lonely Day. Zijn grote gitaartechnische kwaliteiten hoor je het beste terug in Feminine Walk. Uit betrouwbare bron vernam ik dat Tasjan een aimabel persoon is, die volop de connectie zoekt met zijn publiek. In zijn persoonlijke, intelligente teksten klinkt de persoonlijkheid door van een warm persoon met weinig affiniteit voor hedendaagse technologie. Maar hij blijkt ook een familiemens, want het meer dan uitstekende Tasjan! Tasjan! Tasjan! is opgedragen aan zijn eind 2019 op zesennegentig jarige leeftijd overleden oma Seville Roby Tashjian. Nee, de achternaam is niet verkeerd gespeld, want Aaron’s achternaam is officieel Tasjian.

Abe Partridge - Love in the Dark (2023)

4,0
Apart is een zeer eufemistische manier om Love in the Dark het tweede album van singer-songwriter Abe Partridge te omschrijven. Het persbericht rangschikt zijn muziek onder outlaw country en outsider folk. Met wat mij betreft de nodige psychedelische en avant-gardistische invloeden. Een van de nummers heet Helter Skelter, geen cover van het Beatles nummer, maar zit wel vol verwijzingen naar het beroemde viertal in hun meest experimentele fase.

In zijn liedjes spelen vaak zijn donkere kant de hoofdrol. Soms zingt hij met zijn doorleefde stem of de duivel hem op de hielen zit (Abe Partridge’s 403rd Freakout). De duivel staat niet voor niets op de hoes afgebeeld. Maar net zo vaak heel ingetogen zoals in het rustig voort meanderende Coffee on the Counter. Soms gebruikt hij samples en repetitie om het psychedelische effect te vergroten (Alabama Astronauts).

Partridge is niet bepaald iemand die veilig tussen de lijntjes kleurt en dat maakt hem en zijn regelmatig rauwe muziek intrigerend, waarin het geloof soms ook een rol speelt. Vandaar dat op het album ook een fraaie cover te vinden is van Betty Jean Robinson’s When You Go Down. In de eerste plaats is Partridge trouwens vooral schilder. Daarnaast ontwerpt hij ook hoezen en artwork voor anderen, waaronder recent Last of the Better Days Ahead van Charlie Parr en Can I Take My Hounds to Heaven? van Tyler Childers.

Het schijnt dat de optredens van Partridge in tegenstelling tot zijn vaak indringende muziek met grote regelmaat erg komisch zijn. Hij was al eens voor optredens in Nederland, hopelijk gebeurt dat snel weer, want zoals al eerder gezegd Love in the Dark is intrigerend en kruipt diep onder de huid.

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Hij blijkt binnenkort hier te zijn voor concerten :

Wat die live shows betreft, je wordt op je wenken bediend, want deze tour heb ik voor ‘m staan:

June 23rd - Oosterpoort, Groningen (in between shows from Bella White and Cordovas)
June 24th - Rotterdam Bluegrass Festival (with a.o. Bella White, Della Mae, The Reverend Peyton’s Big Damn Band and more)
June 25th - Rotterdam Bluegrass Festival
June 27th - Kim’s Kroeg, Tilburg
June 29th - De Harmonie, Edam
July 3rd - Muziekgebouw Eindhoven

Ad van Meurs - De Weg Is een Vriend (2014)

4,5
Eind 79/begin 80 stapte Ad over van piano op gitaar en vormde toen de groep W.A.T., oftewel World According To. De groep bestond naast hemzelf uit partner Ankie Keultjes en Frank van Nieuwenhof. Het debuut uit 1983, Defreeze, is een cultplaat gevuld met new wave en synthesizerpop. De overige twee platen bevatten een mix van folk en blues. De groep bestond tot 1988.

Eind jaren 80 besloot hij om met een aantal oude schoolvrienden weer rootsmuziek te gaan maken, onder de naam The Watchman. Het debuutalbum werd door niemand minder dan Joe Boyd (Nick Drake, Fairport Convention en R.E.M.) geproduceerd.

Ook werd het album gerecenseerd in gerespecteerde bladen als Rolling Stone en Billboard. Meer dan 10 albums zouden nog volgen. In hun muziek is een prominente rol weggelegd voor de saxofoon, bespeeld door Menno Romers. Soms bespeelt hij zelfs de bariton- en sopraansaxofoon, in navolging van Dana Colley, tegelijkertijd.

Naast The Watchman speelt hij nog in de bands Hootenanny Jim, Broeders van het Zuiden, NO blues en het trio Folksurvival Club. Naast muzikant is hij ook een groot muziekliefhebber. Hij organiseert onder de noemer Ad van Meurs presenteert iedere week in Mijnheer Frits te Eindhoven een fantastische muziekavond van met name minder bekende, maar fantastische artiesten zoals bijvoorbeeld Josienne Clarke & Ben Walker, die aankomend seizoen zullen optreden. En of dat nog niet genoeg was vond hij de tijd rijp om ook nog eens een solocarrière te ambiëren.

De weg is een vriend is, na En soms, zijn tweede soloalbum. Wederom is gekozen voor het Nederlands. Een meer dan voortreffelijke keuze, omdat het zijn muziek een stuk persoonlijker maakt. Hij zingt zijn liedjes met een licht Brabants accent in tegenstelling tot bijvoorbeeld Gerard van Maasakkers.

Bovendien staan de teksten erg dicht bij hemzelf. Daardoor weet hij erg te ontroeren , zoals in bijvoorbeeld Pauwkes. Het handelt over het optreden van hemzelf, maar meer nog over de allereerste concerten die hij begin jaren 70 bijwoonde in Pauwkes Jazzcorner in Beek en Donk. Hij zag daar de meest uiteenlopende acts, wat zijn liefde voor muziek nog meer zou stimuleren. Uit de tekst blijkt duidelijk dat dit een mooie en belangrijke periode in zijn leven is geweest. Ook de muziek is buitengewoon prachtig.

In De kracht van muziek wordt op indringende wijze zijn eerste blauwtje, die hij op zestienjarige leeftijd opliep, beschreven en hoe hij hierna zijn toevlucht zocht in de muziek. Waarschijnlijk een voor velen van ons herkenbaar verhaal.

Ook mooi is de tekst van Als je kind in de war is, waarin de problemen die zorgzame ouders eventueel op pad tegen kunnen komen, worden beschreven. Origineel is de invalshoek van Niet in een liedje. Hierin legt hij waarom geen liefdesliedje wil schrijven, maar in feite is het gewoon een liefdesliedje.

Ook valt er muzikaal veel te genieten. Om te beginnen is het gitaarwerk, verzorgd door Ad, werkelijk om je vingers bij af te likken. Zijn bijzonder relaxte en gevoelige spel maken hem voor mij tot een geweldige gitarist. Wat mij direct bij de eerste beluistering opviel was, dat de liedjes zonder uitzondering ijzersterke melodieën bezitten, zoals bijvoorbeeld het door Ankie op schitterende wijze gezongen De garnalenvissers.

Niet onvermeld mogen ook de fantastische vioolbijdragen van Diederik van Wassenaer worden! Het geheel werd voorbeeldig geproduceerd, opgenomen en gemixt door Ankie. Bij het album is een mooi tekstboekje toegevoegd.

De weg is een vriend is een bijzonder evenwichtig album met prachtige melodieën geworden, dat helaas nog maar weinig aandacht heeft gekregen van pers en publiek. Doe er wat aan zou ik zeggen!

Voor zover ik weet is het album alleen bij Ad van Meurs zelf te koop. Voor meer info zie zijn website.

Adam Lytle - This Is the Fire (2023)

4,5
Lang leve internet en tipgevers op het forum Musicmeter! Afgelopen zondag tipte singer-songwriter Conrad Freling me daar This Is the Fire van Adam Lytle. Een paar dagen later kreeg ik het album via de digitale brievenbus van de maker. De reeds vrijgegeven nummers At Your Command en Highway Nightmare hadden intussen al veel indruk gemaakt. Meteen viel in At Your Command de invloed van Leonard Cohen op.

Van singer-songwriter Adam Lytle uit Brooklyn, New York had ik overigens nog nooit gehoord. Lytle werd geboren in Pontiac, Michigan in een Katholiek gezin met vier zussen en een broer. In zijn vroege jeugd woonde hij in Lake Forest, Californië, zijn tienerjaren in Cincinnati, Ohio en de laatste veertien jaar in Brooklyn. Tussen 2013 en 2019 trad hij op en bracht hij muziek uit met zijn groepen Wild Leaves (vernoemd naar een Patti Smith song) en Quicksilver Dream (vernoemd naar een Townes Van Zandt song).

De afgelopen vijf jaar werkte hij hard aan de songs van zijn solodebuut. Met name aan de teksten besteedde hij extra veel zorg. De teksten moesten niet over een thema gaan. Een goed voorbeeld ervan is The Fatal Share. Hij schreef het nadat hij de treurige beelden van de Coronapandemie had gezien die rond Pasen in april 2020 vanuit Bergamo, Italië kwamen. Hij was toen net klaar met het lezen van Paradise Lost van John Milton en deze twee ervaringen zijn hier samen verweven met enige kritiek op mijn rooms-katholieke opvoeding.

“arise, arise my love
the bells are ringing
the dove’s metallic cry
has torn the temple curtain
a bowed parade of crosses
is slowly passing through
the shattered side of morning
it calls for me and you

death’s attendant stands
before the grave procession
he waves his incense
through the cemetery dawn
placing on his altar
the wrath of crooked scales
he weighs the counteroffers
handing out to each their fatal share

high on the golden hill
beneath this mortal vision
in search of other ways
to pay his restitution
Adam nudged the angel
in whom he could confide
is this what you call mercy
or is this some kind of trial?

let flowers fall upon their tombs
the angel said
farewell happy fields
this dream of ours has ended
in case you have forgotten
in your armor of prayers
it’s you who led the fallen
now it’s time to reap your fatal share

Eve descended on a bed
under the olives
reflecting to herself
gaze upon the garden
what good is all this beauty
to eyes that cannot see
the serpent did not fool me
I chose to set love free

stones will roll
hands will test the wounds, she said
why mourn the living
from down here among the dead
arise, arise, let bells ring
you ministers of despair
the sacred heart is with us now
each of us is due our fatal share”

De vele sterke vrouwen die zijn leven gevormd hebben zijn ook vaak een invloed bij het schrijven van zijn teksten, regelmatig gebeurt dat onbewust. Ook invloeden van surrealisme en symbolisme klinken regelmatig door. Stromingen die hij overigens grondig bestudeerde. Maar ook literatuur speelt weleens een rol, Painted Bird verwijst naar de roman van Jerzy Kosiński. Belangrijke thema’s zijn dood, religie, liefde en geweld.

Muzikaal gezien speelde arrangeur Trey Pollard (Faye Webster, Kevin Morby) een belangrijke rol. Goede muzikanten, waaronder klassiek getrainde, omringen Lytle. Lytle is een uitstekend verhalenverteller, die met zijn gedragen voordracht de luisteraar gemakkelijk aan zich weet te binden. Met onder andere Marlon Williams, Daniel Romano en Imarhan deelde hij in het verleden al het podium. Het zou mooi zijn als hij ooit naar Nederland zou kunnen komen voor concerten, want This Is the Fire is een prachtplaat, welke veel aandacht verdient.

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Adele - 30 (2021)

2,0
John Self schreef:

Kwaliteit is subjectief, het is afhankelijk van de parameters die je gebruikt om tot een oordeel te komen. Er is maar een criterium voor muziek en dat is of het je aanspreekt. Als ik zie dat haar single een miljardenpubliek bereikt en dit album wekenlang aandacht krijgt denk ik dat Adele net als Swift in een behoefte voorziet. Daar kunnen de zich critici noemende dames en heren misschien hun neus voor ophalen, het feit is er.


Klopt, dat kwaliteit subjectief is, maar om iets mooi te moeten gaan vinden omdat miljarden anderen dat vinden lijkt me iets te ver gaan. Het grootste struikelpunt van dit album vormen voor mij de nogal melodramatische teksten en de zang aan het eind van To be loved doet bij mij erg veel pijn aan mijn oren. Muziek beluisteren is erg persoonlijk en daarom heeft volgens mij discussiëren over wat mooie en minder mooie muziek is totaal geen zin.

Adrian Crowley - The Watchful Eye of the Stars (2021)

4,5
De singer-songwriter Adrian Crowley oogt met zijn donkere uiterlijk mediterraan. Dat klopt ten dele, van moeders kant Maltees, zijn vader is Iers. Crowley werd geboren op Malta, maar groeide op in de Ierse studentenstad Galway. Begin jaren negentig verhuisde hij naar Dublin. In 1998 verbleef hij een jaar in Toulouse, waar hij liedjes componeerde en geregeld optrad. Begin 1999 keerde hij terug naar Dublin en bracht dat voorjaar in eigen beheer zijn debuutalbum A Strange King uit. Voor zijn tweede album When You Are Here You Are Family trok hij de stoute schoenen aan en benaderde hij topproducer Steve Albini, die tot zijn verbazing gretig toehapte. Op zijn voorlaatste album Dark Eyed Messenger uit 2017, werd Crowley geassisteerd door topproducer Thomas Bartlett. En voor album nummer negen, The Watchful Eye of the Stars, kon hij rekenen op de hulp van niemand minder dan John Parish. Crowley werd en wordt beïnvloed door grote verhalenvertellers uit de jaren zeventig als Leonard Cohen en Nick Drake, maar wordt in de pers ook regelmatig vergeleken met artiesten als Bill Callahan en Nick Cave. Helaas heeft hij nog steeds niet de bekendheid als laatstgenoemde. Naar mijn mening volkomen onterecht, want hij heeft intussen een prachtig oeuvre opgebouwd. Multi-instrumentalist Crowley beschikt over bijzonder prettige, warme bariton. De basis voor The Watchful Eye of the Stars vormen de op gitaar of mellotron door Crowley gecomponeerde liedjes. Hij benadert teksten net zoals hij korte verhalen schrijft. “The songs straddle the conscious and subconscious world and some are even psychedelic in my mind, but to me they are all at once true stories and born of another place.”. Interessant is voor mij het verhaal achter Crow Song. Op een stormachtige nacht in Ierland bracht Adrian Crowley's broer een gewonde kraai mee naar huis. Na er een tijdje voor te hebben gezorgd, vloog de kraai vanzelf weg, een onuitwisbare indruk achter latend. Zelf heb ik mijn prille tienerjaren een jonge kauw grootgebracht, die een jaar later ook een gevolg gaf aan de roep van moeder natuur. Het verhaal over de kraai was dus voor mij volkomen herkenbaar. De stroom van nieuwe liedjes leken min of meer volledig gevormd tot hem te komen. Samen met producer Parish wist Crowley exact wat de aangrijpende liedjes nodig hadden. Ze worden op een subtiele manier ingekleurd, zoals we dat van hem gewend zijn. Het album weet me nog iets meer te beklijven dan al zijn geweldige voorgangers. De fraaie teksten worden, zoals het hoort, meegeleverd. The Watchful Eye of the Stars is een album om zeer zorgvuldig te koesteren. Het zou zomaar eens mijn favoriete album van 2021 kunnen gaan worden.

Afton Wolfe - Kings for Sale (2021)

4,5
Interessante kerel, deze tweeënveertigjarige, in het zuiden van de VS opgegroeide Afton Wolfe. Vooral de blues zit in zijn genen, maar in zijn reeds ruim twee decennia durende carrière, was hij actief in vele muzieksoorten. Producer Oz Fritz leerde hij in 2001 kennen tijdens zijn periode in de avant-gardistische groep Dollar Book Floyd. In die groep speelde ook Amy Lott, met wie hij opener Paper Piano en Steel Wires schreef. Net als Dollar Book Floyd gebruikt Wolfe de nodige instrumenten om zijn songs fraai in te kleuren.

De keuze voor Fritz lag voor de hand, niet alleen is het een goede vriend, waarmee hij over de meest uiteenlopende onderwerpen kan converseren, maar Fritz werkte ook met Tom Waits op een drietal van diens albums. Wolfe is een groot liefhebber van Waits en beschikt over net zo’n imposante rauwe stem. Wolfe debuteerde vorig jaar solo met de EP Petronius' Last Meal.

De titel van debuutalbum Kings for Sale is ontleend aan de aanstekelijke single Dirty Girl, wat over een trip door het zuiden van VS handelt, waarbij hij voor bluesliefhebbers interessante plaatsen als Clarksdale langstrekt. Op dat nummer is Mississippi bluesman en Blue Mountain frontman Cary Hudson te horen op mondharmonica en elektrische bottleneck gitaar. Aan het begin van het nummer geeft hij tevens zijn hypothese over de reden waarom Mississippi zo consequent een geografisch centrum van spiritualiteit is.

Opener Paper Piano heeft de luisteraar meteen volledig bij de les door de interessante instrumentatie en ingenieuze opbouw. Het uitstekende pianospel is voor rekening van de drieëntwintigjarige benjamin van het gezelschap, Ben Babylon. Naast een zestal uitstekende zelfgeschreven composities ook een drietal covers.

In Cemetry Blues van B.W. Goodwin Jr ontbinden Wolfe en zijn begeleiders volledig hun duivels. Een geweldige keuze is het voor mij het onbekende Mrs. Ernst’s Piano van Mike West van Truckstop Honeymoon. Het vertelt het verhaal van een pianoleraar levend in een voorstad, net na het einde van de segregatie. Door de melancholische klarinet heeft het nummer voor mij een Joods tintje. Zowel Carpenter als About My Falling zijn autobiografische songs over zijn tijd als barman.

Het is genoegzaam bekend dat het als muzikant vaak de eindjes aan elkaar knopen is, ook voor Afton en zijn vrouw. Toch neemt hij nu het risico om Kings for Sale in eigen beheer uit te brengen om zo zijn artistieke vrijheid volledig te kunnen bewaren. De naam van zijn label, Grandiflora Records, verwijst naar de Magnolia grandiflora, een boomsoort uit de tulpenboomfamilie. Van nature voortkomend in de zuidoostelijke staten van de Verenigde Staten.

Afsluiter O’ Magnolia verwijst ernaar. Het nummer is geïnspireerd op het stemmen eind vorig jaar over de verandering van de Staatsvlag van Mississippi naar een vlag waarop de bloem van de Magnolia Grandiflora het nieuwe symbool van de staat wordt. Het fraaie melancholische gitaarspel is van Cary Hudson. Liefhebbers van rauwe stemmen en door blues doordrenkte muziek zullen een heerlijke kluif hebben aan debuutalbum Kings for Sale.

Aidan & the Wild - Revelation Never Came (2021)

4,0
Nauwelijks voor te stellen dat de zeer talentrijke singer-songwriter en multi-instrumentalist Diederik van den Brandt ooit werd afgewezen voor de Rockacademie van Tilburg, Codarts in Rotterdam en het conservatorium van Amsterdam. In Rotterdam en Tilburg zelfs twee keer! Zijn debuutalbum Revelation Never Came wordt nu als Revelation Never Came Deluxe heruitgegeven en bewijst zonneklaar dat degenen die hem toen afwezen, er volledig naast zaten.

Aanvankelijk wilde Diederik de artiestennaam Noah Flame aannemen, vond die echter net iets te poppy klinken. Uiteindelijk kwam hij bij “aidan” uit, Iers voor klein vuur. “Dat vond ik wel kloppen, ik vind Aidan een mooie naam en specifiek dat kleine erbij, dat past wel bij mijn persoonlijkheid. En bij mijn muziek, omdat mijn nummers zo intiem zijn. Zo van: ik ben geen grote brand, maar een klein vuurtje.”, aldus Diederik in een interview van zo’n zeven jaar geleden. Zijn muziek is niet alleen intiem, maar ook erg relaxed en regelmatig groovy. Vooral dat relaxte spreekt mij bijzonder goed aan.

Het album werd in Coronatijd grotendeels in zijn thuisstudio op zolder in een half jaar tijd opgenomen. Laag voor laag speelde hij alle instrumenten zelf in en bleef net zolang schaven tot de nummers klonken zoals hij ze in zijn hoofd had. De meeste composities schreef Diederik alleen.

Op een gegeven moment besloot hij enige collega’s te vragen om mee te schrijven, daaronder goede collega Dési Ducrot met wie hij al lang samenwerkt en verder Baptiste W. Hamon, Merel Sophie en BOBBIE. Die allen trouwens hun bijdrages thuis opnamen. Verder speelde ook drummer Dan Huijser, bassist Julius Rense en de Parijse violiste Louise Lhermitte een cruciale muzikale rol. Aan het oorspronkelijke album zijn nu vier tracks toegevoegd, die live in de Effenaar zijn opgenomen en tevens op video zijn vastgelegd.

Vorig jaar kon door Corona na de release welgeteld slechts een keer opgetreden worden. Overigens trad Diederik al zo’n 450 keer op en deelde hij reeds eens het podium met Hiss Golden Messenger. Helaas lees ik niet altijd de recensies van anderen, zoals van Hugo Vogel op AltCountry, anders had ik dit sterke debuutalbum vorig jaar al ontdekt.

Alamo Race Track - Greetings from Tear Valley and the Diamond Ae (2023)

4,0
De groepsnaam van de Amsterdamse alternatieve pop/rockband Alamo Race Track is meer dan ooit van toepassing op de liedjes van hun vijfde album Greetings from Tear Valley and the Diamond Ae. Frontman en liedjesschrijver Ralph Mulder keerde terug naar zijn geboortegrond in Oost-Groningen om bij zijn familie te zijn, nadat hij te horen had gekregen dat zijn vader na een lang ziekbed niet lang meer te leven had. Zijn broer bood hem werk op diens boerderij in Ter Wupping aan en dus legde Mulder dagelijks, net als een autocoureur, een vast traject tussen Winschoten en Ter Wupping af.

Tijdens die dagelijkse fietstochten kwamen veel herinneringen naar boven. Herinneringen over bijzondere, betekenisvolle plekken, vroegere avonturen, kleurrijke figuren uit de regio, oude liefdes, dromen. Dit bracht de frontman al snel op het idee om een album te maken. “De dagelijkse routine van werken in en rondom de boerderij en de vele fietstochten gaven mij ontzettend veel rust en daardoor ruimte in mijn hoofd. Ik kon door die innerlijke rust mijn gedachtestroom de vrije loop laten, waardoor de ideeën, onderwerpen, melodieën en muziek als vanzelf kwamen”, aldus Mulder.

De titel van het album is een verwijzing naar de typisch Amerikaanse 'Greetings from...' ansichtkaarten van weleer, die het vaak nostalgische gevoel van de liedjes nog eens versterken. Het album werd gedeeltelijk in alle rust opgenomen op de boerderij van de broer van Mulder, het andere deel in SSE Noord. Ondanks de moeilijke omstandigheden waarin Greetings from Tear Valley and the Diamond Ae ontstond, klinken de liedjes vaak lichtvoetig en nostalgisch.

Alamo Race Track live :

27-10 BREDA : Mezz
17-11 ZWOLLE : Hedon
18-11 AMERSFOORT : Fluor
30-11 NIJMEGEN : Doornroosje
01-12 BERGEN OP ZOOM : Gebouw-T
08-12 ROTTERDAM : Rotown
14-12 GRONINGEN : Vera
15-12 UTRECHT : TivoliVredenburg
16-12 AMSTERDAM : Tolhuistuin

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Alan Vega - Mutator (2021)

Het debuutalbum van het New Yorkse duo Suicide werd in 1977 lauw ontvangen door de pers, en ook door mij. Een duo in 1970 opgericht door Alan Vega (echte naam Alan Bermowitz} en Martin Rev na het zien van een Stooges concert. Zij waren de eersten die zichzelf omschreven als “punk”. Jaren later herzagen Rolling Stone en Pitchfork hun mening over het titelloze debuutalbum. Zelf heb ik nooit meer een poging ondernomen om hun muziek opnieuw te gaan beluisteren, misschien ten onrechte. Wel was ik behoorlijk enthousiast toen in 1980 het bekende titelloze debuutalbum van Alan Vega verscheen. Een album dat ver afstond van de muziek van Suicide. Voor het maken huurde hij een gitarist in. Alan Vega is een onvervalst rockabilly album. Zo is Lonely een hommage aan Elvis Presley’s Heartbreak Hotel. Presley behoorde samen met Roy Orbison en Jerry Lee Lewis tot zijn verafgode rock “n” rollzangers. Toch vond ik het degelijke album niet goed genoeg om Vega verder te blijven volgen, omdat er in mijn ogen in die tijd in New York nog veel betere muziek werd gemaakt. Onlangs viel echter Mutator in de brievenbus en de donkere, sombere hoes wekte genoeg interesse om te gaan luisteren. Na het overlijden van haar man Alan in 2016, begon diens weduwe Liz Lamere het muzikale archief door te spitten. Hierbij vond ze een aantal, meer experimentele composities, die ze in 1995/1996 samen in New York City met haar man maakte. Een album dat nauw aansluit op de muziek van Suicide. Het album ademt voor mij dan ook een wat duistere sfeer uit. Muziek voor mij om slechts mondjesmaat te beluisteren, maar die me toch wel weet te bekoren.

Alasdair Roberts - Alasdair Roberts (2015)

Alasdair Roberts is alweer het achtste album voor het Drag City label van deze, vanuit Glasgow opererende Schot . De eerste drie met zelf geschreven materiaal verschenen nog onder de naam Appendix Out. Maar ook publiceerde hij een aantal albums met traditionals.

Naast deze solo albums maakte hij in 2013 samen met dichter en tekstschrijver Robin Robertson de cd Hirta Songs, een selectie liederen waarop de natuurlijke schoonheid van de archipel van St. Kilda wordt bezongen. Samen met Lucy Farell, Rachel Newton en Emily Portman vormt hij het kwartet The Furrow Collective. Vorig jaar verscheen hun debuutalbum At Our Next Meeting, een verzameling prachtige ballades uit zowel Engelse als Schotse traditie. Vorig jaar schreef Hans voor Folk Lantern een recensie over deze plaat : Folk Lantern: The Furrow Collective, At Our Next Meeting - folklantern.blogspot.nl .

Voor het opnemen van Alasdair Roberts koos hij net als bij in het in 2009 opgenomen Spoils voor de Green Door Studio in Glasgow. In deze analoge studio had hij de beschikking over de excellente geluidtechnicus Sam Smith. Het streven was om de muziek een warmer gevoel te geven, hetgeen ook gelukt is.

De plaat bestaat uit tien zelf geschreven songs, waarvan er acht voor een groot deel en soms voor een minder groot deel geïnspireerd zijn op bestaande traditionals. De muziek heeft derhalve een zeer sterk traditioneel karakter. Bovendien zijn de liedjes zeer sober. Soms wordt hij begeleid door de tin whistle, bespeeld door Donald Lindsay. En af en toe door de klarinet, bespeeld door Alex South. Verder wordt er nog gebruik gemaakt van een achtergrondkoortje, het kwartet The Crying Lion en sporadisch van percussie.

Hierdoor komt de focus volledig te liggen op de zeer herkenbare zang en gitaarspel van Alasdair. Voor mij was het heel even wennen aan de sobere opbouw van de songs en had dit nieuwe materiaal even tijd nodig. Deze nieuwe cd laat duidelijk horen hoe hij in de loop de jaren gegroeid is als songschrijver, maar vooral als zanger en gitarist.

Zelf is hij ook tevreden over het resultaat en vindt hij dat het materiaal dicht bij hem staat, vandaar de titel Alasdair Roberts.

Alderson - Erinyes (2023)

4,5
Achter Alderson gaat de Belgische zangeres/multi-instrumentalist/arrangeur/producer Nel Ponsaers schuil. Zij studeerde af als jazz zangeres aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen. Intussen is ze al meer dan twintig jaar actief in de muziek. Ze maakt al sinds 2005 deel uit van The Golden Glows, waarvan ik eergisteren hun nieuwe album Sunrise besprak.

Daarnaast vormt ze samen met Peter Verhelst het duo índio LOURO. Zij mixen op inventieve wijze de eenvoud van bossa nova met de sensualiteit van flamenco en de intensiteit van Afrikaanse muziek. Ook maakt ze als toetsenist en zangeres deel uit van de liveband van Stef Kamil Carlens.

En dan is er nu haar solodebuut Erinyes. Nel is al heel haar muzikale carrière op zoek naar nieuwe geluiden. Die ideeën werden regelmatig opgedaan tijdens haar verre reizen en de tijd dat ze in Brazilië woonde. Erinyes is persoonlijk, subtiel en minimalistisch. De meest persoonlijke muziek die Nel ooit schreef. “Ik heb een negatieve energiebom omgezet in pure emotie, wat ook de motivatie was om deze plaat te maken”, legt ze uit.

Het album bevat muzikale zelfportretten die worden afgewisseld met drie woede-uitbarstingen, geïnspireerd door drie Griekse Erinyen. Alecto, de onverbiddelijke, Megaera, de afkeurende, en Tisiphone, de bestraffende. De Erinyen zijn mythologische figuren. Het zijn godinnen van de wraak, die degenen die onrecht hadden gedaan, achtervolgden en kwelden. De Erinyen leefden in de onderwereld en kwamen naar de aarde toen een crimineel met hun wraak gestraft moest worden.

“Er zitten veel verwijzingen in het album. Als je goed luistert, hoor je zowel de avonturen van Alice in Wonderland als de mythologie.”. Voor haar dromerigere, alternatieve indie songs kreeg ze bekwame hulp van bassist Frederic Lyenn Jacques (Dans Dans en Mark Lanegan) en drummer Frederik Meulyzer. Erinyes wist mij pijlsnel te beklijven, prachtplaat.

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Alejandro Escovedo - Echo Dancing (2024)

geplaatst:
De Amerikaanse singer-songwriter Alejandro Escovedo van Mexicaanse komaf is allang muzikaal actief. In de jaren zeventig was hij een punkrocker (The Nuns). Ook zijn broers Coke, Pete, Mario en Javier zijn muzikaal. Sheila E is trouwens de dochter van Pete.

Op zijn nieuwste album Echo Dancing interpreteert Escovedo oude songs uit zijn omvangrijke repertoire. Hij nam bekende, krachtige songs als Bury Me en Castañuelas grondig onder de loep, keerde ze binnenste buiten op zoek naar nieuwe inzichten.

Die nieuwe invalshoeken levert een fascinerend album op, waarop de nodige songs een stuk urgenter en avontuurlijker klinken. En soms zelf diep ontroerend, zoals Sensitive Boys van het album Real Animal. Op dat album wordt het weelderig ingekleurd in tegenstelling tot de nieuwe versie, die veel soberder wordt opgesierd met slechts piano en viool en daardoor heel hard bij de luisteraar binnenkomt. Ondanks dat het bestaande songs zijn weet Escovedo gemakkelijk zeventig minuten te beklijven.

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Alela Diane - Cusp (2018)

4,5
Al sinds haar doorbraakalbum The Pirate’s Gospel uit 2006 heb ik een groot zwak voor de Amerikaanse singer-songwriter Alela Diane Menig. En dat is niet alleen vanwege haar prachtige stem, maar ook omdat ze gewoon eigenzinnig haar eigen muzikale wegen bewandelt. Zich totaal niets aantrekkend van trends en schrijvend over haar eigen gevoelens.

Op Cusp staat het moederschap centraal. De elf songs werden in slechts drie weken geschreven tijdens haar verblijf in Caldera, Oregon. Geheel in haar eentje, voor zich zelf eten bereidend en liedjes schrijvend bij een houtkachel. Het creatieve proces kwam volledig tot ontplooiing en leverde elf bloedmooie songs op.

Vaak speelt de piano een centrale rol, zoals in opener Albatross. Kers op de taart is echter de trompet. Ze zingt dat ze graag een albratros zou zijn, zodat ze een beter overzicht zou hebben op haar leven : “I rather be an albatross, looking back on what I left behind”.

Zoals gewoonlijk zijn haar teksten zeer de moeite waard, zoals de vooruitgesnelde single Émigré al bewees. Op fraaie wijze beschrijft ze het relaas van bootvluchtelingen en in het bijzonder van moeders en kinderen.

Maar meestal gaat het over haarzelf en haar directe omgeving, zoals Never Easy, wat over haar moeizame relatie met haar moeder gaat. Echter een ding is veranderd sinds Alela zelf moeder geworden is. Ze beseft nu dat haar moeder meer van haar houdt dan zij ooit van haar moeder zal kunnen houden.

Het zijn slechts wat voorbeelden van het fraaie repertoire op dit album, zonder enige twijfel haar mooiste tot nu toe. Het concert op 29 januari is al uitverkocht, maar in april komt ze terug om dit ijzersterke repertoire ten gehore te brengen.

Alela Diane & Ryan Francesconi - Cold Moon (2015)

Het was twee jaar geleden even balen, dat Alela Diane een break aankondigde vlak voor de geboorte van haar dochter. Ze had op dat moment net haar schitterende echtscheidingsplaat About Farewell uitgebracht. Gelukkig ligt er na haar gebruikelijke tussenpose van twee jaar, weer een nieuw album, Cold Moon. Ditmaal een samenwerkingsverband met Ryan Francesconi.

Hij is een multi-instrumentalist, die net als Alela opereert vanuit Portland, Oregon. Hij heeft een graad in compositieleer en studeerde de Bulgaarse tambura bij Lyubo Vladimirov in Sofia. Sinds zijn collegetijd is hij geobsedeerd door muziek uit de Balkan. Daarnaast maakt hij experimentele muziek en is hij arrangeur. Zo arrangeerde hij bijvoorbeeld Have One On Me van Joanna Newsom. Ook is hij al jaren een vaste begeleider van haar tijdens concerten.

Alela en Ryan troffen elkaar in oktober 2014 na een optreden van een gemeenschappelijke vriend. Na afloop spraken ze over hun beider creatieve stilstand. Ryan had moeite om nieuwe instrumentale stukken te componeren en Alela had totaal geen inspiratie voor een nieuwe cd. Een paar dagen na hun gesprek zocht Ryan contact met Alela met de vraag of ze niet met hem wilde samenwerken.

Hij stuurde haar een aantal prachtige, instrumentale stukken ter beluistering. Ze beluisterde de stukken veelvuldig, intussen naar buiten starend naar het veranderende jaargetijde. Langzaam maar zeker kwamen de woorden, wat later gevolgd door de melodie. Samen schaafden ze daarna aan de songs en voordat ze er erg in hadden, was Cold Moon geboren.

Het is een collectie reflecterende en hoopvolle songs geworden, veelal betrekking hebbend op de natuur. De basis vormt de fraaie zang van Alela en het dito gitaarspel van Ryan. Spaarzaam wordt gebruik gemaakt van andere instrumenten. Zo is een trombone te horen in de titelsong. Percussie en duimpiano in Shapeless, verzorgd door de eveneens uit Portland afkomstige Peter Broderick.

En er duikt hier en daar een viool of cello op. Meer hebben de liedjes ook niet nodig. Het is een album, dat aandachtige beluistering verdient en spoedig onder de huid van de luisteraar kruipt. Het is een goede beslissing van Ryan geweest, om Alela te vragen voor dit project, want het leverde een van de mooiste cd’s van dit jaar op.

Alela Diane & The Hackles - It's Always Christmas Somewhere (2023)

4,0
Over het algemeen heb ik zelden iets met Kerstalbums, het enige album in dat genre dat ik ooit besprak was drie jaar terug It’s a Soulful Christmas van Michelle David & The Gospel Sessions. Voor singer-songwriter Alela Diane heb ik echter al heel lang een groot zwak. Niet alleen vanwege haar fraaie stem, maar ook vanwege haar uitstekende, vaak beeldende teksten. Genoeg redenen om toch te gaan luisteren naar It's Always Christmas Somewhere.

Het is een samenwerking met het folktrio The Hackles, bestaande uit Kati Claiborn, Luke Ydstie, Halli Anderson. Dit trio is ook bekend van projecten als Blind Pilot, Horse Feathers and River Whyless. Het was al een heel lang gekoesterde wens van Alela om een Kerstalbum te maken. Vorig jaar grapte Alela's man dat haar song The Pirate's Gospel een nieuwe Kerstversie verdiende, waarbij het refrein "yo-ho, yo-ho ho" vervangen zou kunnen worden door “ho-ho, ho-ho ho”. Het idee voor een Kerstalbum kwam tijdens een buitenlandse tournee met The Hackles ook ter sprake. Al snel kwam men op het idee om The Pirate's Gospel een Weird Al benadering te geven en om te dopen tot The Santa's Gospel.

Na terugkomst van de tournee begon het viertal hun favoriete Kerstliedjes op een rijtje te zetten en die vervolgens te arrangeren. Luke en Kati's dochter Hazel van negen was verward door het tijdstip waarop dat gebeurde. Wat haar later de uitspraak ontlokte “Well, I guess Its always Christmas somewhere...”. De arrangementen zijn zonder uitzondering sober en delicaat geworden. Naast Alela's eigen song komen prachtige versies voorbij van Stevie Wonder's One Little Christmas Tree en Joni Mitchell's River, afkomstig van haar bekende klassieker Blue, naast traditionals als God Rest Ye Merry Gentlemen en Silent Night. De dromerige opener Christmas Time Is Here zet meteen de toon. It's Always Christmas Somewhere heeft alles in zich om een klassiek Kerstalbum te worden.

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Alex Culbreth - The High Country (2016)

4,5
Helemaal met Erwin eens dat dit een fantastisch album is. Was trouwens nog vergeten mijn eigen recensie hier te plaatsen:

Waarschijnlijk zal bij de meesten van U de naam Alex Culbreth geen belletje doen rinkelen, maar wellicht zegt de naam The Parlor Soldiers U meer. Samen met Karen Jonas bracht hij als The Parlor Soldiers begin 2012 het schitterende When the Dust Settles uit. Een cd gevuld met alt-country met wat invloeden uit de Appalachen folk. Erwin Zijleman van Krenten uit de pop schreef er een recensie over.

Ook bracht hij datzelfde jaar nog Heart in a Mason Jar uit, onder de naam Alex Culbreth & The Dead Country Stars. Ook over dit uitstekende album is een recensie te vinden op Krenten uit de pop. Hierop staan liedjes die zich afspelen op het Amerikaanse platteland. Deze thematiek is ook terug te vinden op dit tweede solo album, wat vooraf gegaan werd door Womans & Trains uit 2011.

Overigens gaan die liedjes nauwelijks over Alex zelf. Eerst komt altijd de tekst bij hem. Een groot aantal van de songs zijn aanstekelijke, up tempo nummers met stompende ritmes. Opener Corn Liquor zet direct de toon.

Maar af en toe wordt er op de rem getrapt zoals in Trucker’s Lament. Totaal los wordt er gegaan in Tear It Up, om te vervolgen met het fraaie, ingetogen Weather Storm. Hierna wordt nog eenmaal het gaspedaal ingedrukt met Choke That Chicken. Om vervolgens te eindigen met de twee ingetogen nummers Dry Out en Vagabond Blues. Laatstgenoemde behoort voor mij tot de meest fraaie liedjes.

De volgorde van de korte, compacte songs is weloverwogen en hebben veel meer diepgang , dan ik in eerste instantie dacht dat ze zouden hebben. Een belangrijke rol in zijn muziek is weggelegd voor de fiddle. Hij wordt op dit album vakkundig bijgestaan door Eddie Dickerson op viool, Janie Cowan op staande bas en Mike S Reardon op mondharmonica.

Het opvallende artwork werd gemaakt door Sherri French. Live zal deze muziek waarschijnlijk nog meer tot zijn recht komen. Aan liefhebbers van een band als bijvoorbeeld Hackensaw Boys zal deze muziek wel besteed zijn. Helaas zitten er overigens voorlopig geen live optredens voor Nederland in, wellicht volgend jaar. Ik kijk er in ieder geval naar uit.

Alex Highton - Nobody Knows Anything (2014)

5,0
Door de scheiding van zijn ouders groeide Alex Highton gedeeltelijk op in zijn geboortestad Liverpool en voor het overige deel in Florence, Italië. Zijn zomervakanties bracht hij door bij zijn vader. Die beschikte over een eclectische muziekverzameling van onder andere Talking Heads, Penguin Cafe Orchestra en The Band tot aan David Ackles, welke Alex met volle teugen absorbeerde.

Zijn muziekcarrière zou echter pas laat van de grond komen door slechte keuzes en teveel knipperlichtrelaties. Tijdens de periode dat hij een zenuwinzinking had, leerde hij zijn toekomstige vrouw Patricia kennen. Dank zij haar kwam hij er helemaal bovenop en schreef toen de liedjes voor Woodditton Wives Club. Deze nummers kunnen voor een deel gezien worden als een soort therapie, en voor een ander deel als zijn kijk op zijn nieuwe leven.

Het album Woodditton Wives Club werd in Nederland alleen op juiste waarde geschat door Popmagazine Heaven, die het terecht zag als een meesterwerk. Het is een prachtige verzameling melodische folksongs. Voordat dit album verscheen maakte Alex Highton deel uit van de groep Mohanski, die in 2007 het leuke album Hotdog Chihuahua uitbracht. Helaas bleef het succes van deze groep uit, mede veroorzaakt doordat men liever gewoon in cafés rondhing. De overige leden zijn tot op heden nog steeds goede vrienden van hem.

De lat werd door het debuutalbum erg hoog gelegd voor de nieuwe cd. De belangrijkste invloeden voor Nobody knows anything zijn volgens Alex, Joni Mitchell, Here We Go Magic en Sufjan Stevens. Niet zozeer het geluid of stijl, maar meer de benadering. Tijdens het opnemen waren er geen regels, de songs konden alle kanten uitgaan. En dat is precies wat er ook gebeurde. Bijna in iedere song is de instrumentatie en zijn de gebruikte instrumenten anders. In Panic wordt zelfs gebruik gemaakt van 2 drumcomputers, en komt hij daarmee weg.

Die grote variatie heeft gelukkig niet geleid tot een onevenwichtig en inconsistent album, integendeel. De enorme variatie maakt het juist tot een zeer aangename luistertrip langs songs, die zeer snel aan kracht winnen. De titel van het album is trouwens een uitspraak van William Goldman, waarmee bedoeld wordt dat je nooit zeker kunt zijn dat iets wel of niet zal werken. Gelukkig voor Alex doet het hier in ieder nummer wel.

Met de teksten op dit album is ook niets mis, zoals bijvoorbeeld in het beschouwende Randy Newman-achtige Somebody Must Know Something :
God is dead,
Or he’s left,
That’s the only explanation,
To the pain and distress,
That he clearly loves to cause,
Well maybe it’s just,
That he’s finally lost his patience,
He is never coming back again.

Vermeldenswaard zijn de drie duetten op het album. Kills zingt hij samen met Nancy Wallace. The Evil That Men Do wordt vertolkt samen met de 73-jarige folklegende Bonnie Dobson, die het bekende lied Morning Dew schreef. Zij is overigens met een opmerkelijke comeback bezig. Ze bracht onlangs, een met goede kritieken overladen, nieuwe cd uit. De heerlijke, relaxte afsluiter It’s, zingt hij samen met zijn vrouw Patricia. Alex had hier wel enige overredingskracht voor nodig om haar zover te krijgen om mee te zingen. Patricia is overigens een zeer talentvol kunstenares. Alex verzorgde zelf alle strijkers- en blazersarrangementen. Het album werd geproduceerd door David “Bear “ Dobson.

De hoesfoto en de foto’s in het tekstboekje werden gemaakt door goede vriend en beroepsfotograaf Frank van Delft. De foto’s werden in Den Bosch gemaakt bij Stichting Onterfd Goed. Met Nobody knows anything is hij erin geslaagd om het debuut te evenaren, misschien wel te overtreffen. In ieder geval wat variatie betreft. Het is te hopen dat deze cd niet hetzelfde lot beschoren zal zijn als zijn voorganger.

Alex Hodgson - The Brig Tae Nae Where (2014)

5,0
Dit jaar verschenen er de nodige mooie Schotse albums van ondermeer Siobhan Miller, Grant Campbell, Eddi Reader, King Creosote, Roddy Frame en Kaela Rowan. Alleen King Creosote kreeg de aandacht die het verdiende.

Ook in het verleden gebeurde het regelmatig, dat Schotse artiesten niet op juiste wijze werden gewaardeerd. Bijvoorbeeld de geweldige zanger en liedjesschrijver Jackie Leven kwam nooit verder dan de cultstatus. Geen idee waar dat aan ligt.

Ook het album The Brig Tae Nae Where (The Bridge to Nowhere) van Alex Hodgson kreeg amper aandacht buiten Schotland. In Schotland is hij vooral in de Schotse laaglanden erg populair. Zo trad hij bijvoorbeeld al diverse malen voor de koningin op in Balmoral Castle. Tweemaal winnaar (2005 en 2009) van het in Schotland zeer hoog aangeschreven Burnsong.

Iedere week treedt hij live op in het radioprogramma “The best of Scottish” met een nieuw geschreven lied. Daarnaast is hij een groot verhalenverteller (ook beroepsmatig), speelt hij regelmatig mee in amateurtoneelstukken en is hij ook nog kinder-entertainer.

Dit is het tweede album van Alex Hodgson voor Greentrax. Qua manier van zingen doet hij me denken aan Jim McCann. Hij zingt op dezelfde lyrische en pure wijze. De teksten zijn gebaseerd op familiale vakantieherinneringen voornamelijk afspelend in Belhaven Bay. Veelal zijn ze melancholisch gestemd.

De cd opent met het heerlijke up-tempo en ritmische The Street ‘O’ Sorrows. Direct valt op met hoeveel passie Hodgson zingt. Het prachtige en ingetogen Bonnie Meg doet erg traditioneel aan, maar is toch door Alex zelf geschreven. Een glansrol is hier weggelegd voor Kenny Hutchison op accordeon. Daarnaast speelt hij ook onder andere piano op dit album. Verder werd hij omringd door de volgende, geweldige muzikanten : Garry Evans op bas, Judith Smith op viool, Nick Riley op fluit en James MacKintosh op gitaar.

Zeer aanstekelijk is The Guid Auld Trams, een lied wat erg uitnodigt tot meezingen. Een van de mooiste melodieën op de plaat bezit Doon Pinkie Cleugh. Ook hier is de bijdrage van de accordeon buitengewoon fraai. The Herring Road bestaat uit drie delen, verspreid over de plaat. De zang weet hier diep te raken.

Erg traditioneel doet The Brig Tae Nae Where aan, maar is toch door hemzelf geschreven. Ritmisch van opbouw is Star O’ the east. Het gesproken en sfeervolle A Summer Tale toont aan dat hij een geboren verhalenverteller is. Het overbekende My Luv’ is Like a Red Red Rose van Robert Burns krijgt hier een zeer passionele uitvoering.

De enige andere cover op het album is The Shoals O’ Herrin’ van Ewan MacColl, wat een zeer traditionele uitvoering krijgt. Niet helemaal mijn kopje thee. Zonder andere liedjes te kort te willen doen, prijsnummer op de cd is voor mij We’ve Lost a Lark. De fluit steelt hier de show.

Het album sluit af met het aanstekelijke The Toun O’ Prestopans, inclusief kinderkoor. Prestopans is trouwens de plaats waar Alex Hodgson al zijn hele leven woont.

The Brig Tae Nae Where is een puur folkalbum wat veel meer aandacht verdient dan dat het tot nu toe gekregen heeft. Een van mijn grote favorieten van 2014!

Alex Maas - Luca (2020)

4,5
Begin september ontving ik een e-mail van promotor Dylan Leggett, waarin deze mij probeerde te enthousiasmeren voor het lang verwachte solodebuut van Alex Maas, de toetsenist en zanger van The Black Angels. De openingsregel van zijn berichtje was “Been wanting to shout about this record for a while as I think it's pretty special.”.

Na meer dan twee maanden regelmatig luisteren kan ik alleen maar beamen dat Luca een geweldig en verslavend solodebuut is geworden. Met daarop muziek dat regelmatig een psychedelisch, mysterieus en hypnotiserend karakter heeft. Het had dus ook zo’n slordige halve eeuw geleden gemaakt kunnen worden. Vanaf de toepasselijk getitelde opener Slip Into wordt de luisteraar onherroepelijk meegezogen in het album.

Alex omschrijft het gebodene als “Embracing life through songs of love, hope, human connection whilst navigating perils of modern society and tentatively facing the darkness. You have to go into the dark to appreciate the light and vice versa. One day you are walking through a beautiful field and get bit by a rattlesnake because you are blinded by the colourful flowers. It’s ok to be afraid, sad and fearful because you need it to appreciate all the beauty the world has to offer.”.

De fraaie single Been Struggling, wat gezegend is met een refrein wat stante pede blijft hangen ging de release reeds vooraf. De overige negen songs zijn stuk voor stuk van dezelfde kwaliteit. Alex wordt omringd door uitstekende muzikanten. Hij wordt ondersteund door Black Angels collega’s Nate Ryan en Christian Bland, bassist en gitarist Jake Garcia, Wide Spread Panic drummer Duane Trucks, Bryan Ritchie op bas en mellotron, Jack White’s toetsenist Quincey McCrary op viool en piano, vocalist Jazz Mills, voormalig Eels drummer Derek Brown, en Mien’s live drummer en percussionist, Robb Kidd.

Het album verschijnt op het kleine label Basin Rock, dat zich alleen concentreert op uitstekende singer-songwriters, waaronder bijvoorbeeld Nadia Reid. In januari verschijnt op dit label trouwens het uitstekende nieuwe album van Jim Ghedi. Het verslavende Luca zal zeker ook veel andere luisteraars gaan intrigeren, daarvan ben ik overtuigd.

Alex Roeka - Nieuwe Dromen (2022)

4,5
Het belang van een ingespeeld team werd onlangs weer eens bewezen door de shorttrack dames in de Olympische finale van de relay. Ze varen blind op elkaar dat de taken feilloos uitgevoerd zullen worden. Maar achter deze goed geoliede machine gaat ook een begeleidingsteam onder aanvoering van Jeroen Otter schuil, waar dit viertal volledig op kan bouwen.

Ook singer-songwriter Alex Roeka kan al meer dan een decennium beschikken over een uitgebalanceerd team van platenlabel Excelsior. Het trio Frans Hagenaars, Reyer Zwart en Jeroen Kleijn waren en zijn van onschatbare waarde voor Alex. Ook nu weer op zijn prachtig vormgegeven nieuwe dubbelcd Nieuwe Dromen.

Alex is intussen al halverwege de zeventig, maar nog lang niet uitgeblust. Hij is iemand die een bijzondere plaats inneemt in de muziekwereld. Begon pas halverwege de jaren negentig met platen te maken, na een tijdje als psycholoog gewerkt te hebben.

Na een dozijn albums heeft Alex nog steeds genoeg te vertellen. Of het nu over hemzelf gaat of wat er mis is in onze maatschappij. Veelal gaat het op Nieuwe Dromen over hemzelf. Op de tweede cd staat slechts één nummer, het meer dan vijftig minuten durende In Dit Sterrendal. Zelf beschrijft Alex deze compositie kernachtig als “megalomaan, verward, destructief”. Zelf zie ik het als zijn ultieme levenslied. In 37 hoofdstukken beschrijft hij in twaalf pagina’s tekst zijn eigen leven, tot aan zijn lichamelijke verval en dood toe. Maar ook hoe relatief het leven is :

“Je huid verschrompelt, je aderen zwellen op

Je voert je stille strijd

Je schedel wordt al zichtbaar in je kale kop

Het sloopwerk van de tijd

Je zingt ‘voor altijd jong’ uit je versleten long

Wat is er toch gebeurd?

Geen mens die het nog weet of zeggen zal

Verstomd in dit sterrendal



Zachte stemmen klinken op het marktplein

Oud was hij en berooid

Ze moeten bij de Maas onder de spoorbrug zijn

Daar wordt zijn as verstrooid

Een paar gaan er nog mee naar zijn bruine stamcafé

En daarna snel naar huis

Geen spoor van vroeger meer, geen laatste knal

Verdampt in dit sterrendal”



De akoestische en 12-snarige gitaar wordt hier bespeeld door Bernard Gepken.

De eerste cd is heerlijk gevarieerd, van alles komt voorbij , rock, country, Chanson, Reggae en folk. Bijzonder fraai door Reyer Zwart gearrangeerd zijn de liefdesliedjes Hemel en Hel en Dunne Lippen. Het strijkkwartet is hier de kers op de taart. Voor een ontroerend tintje zorgt de pedal steel van JP Hoekstra in Dora’s Lied en Het Laatste Uur.

Een onvervalste Stones rocknummer is Ik Rommel Maar Wat in het Rond. Heerlijk relaxt is de Reggaesong Langs het Kanaal. De achtergrondzang wordt verzorgd door Stéphanie Struijk. In het vrolijke Lach in Lege Dagen treedt Struijk wat meer op de voorgrond.

Het slotakkoord wordt gevormd door het aanstekelijke Terug Naar Ravenstein. Momenteel leidt Alex beetje een zwervend bestaan, maar soms droomt hij er van om terug in Ravenstein terecht te komen en daar zijn laatste adem uit te blazen.

Niet alleen muzikaal staat het album als een huis. Met zijn uit het leven gegrepen teksten bevestigd Alex andermaal tot de absolute top van de Nederlandstalige tekstschrijvers te behoren. Het fraaie schilderij wat het boek siert werd gemaakt door Bruno Vekemans. Voor zijn komende live-optredens kijk hier.

Met Nieuwe Dromen bewijst Alex nog steeds urgente muziek te kunnen maken, uiteraard met dank natuurlijk aan zijn excellente begeleiders.

Alex Roeka - Rauwe Genade (2019)

4,5
De voormalig psycholoog Alex Roeka werkt al vijfentwintig jaar onverdroten aan zijn carrière als dichter en singer-songwriter. Zijn recente terugtrekken op het Zeeuwse platteland had twee doelen, het schrijven van nieuwe liedjes en het samenstellen van een nieuwe dichtbundel. Onlangs trof ik “Het recreatiedomein”, afkomstig uit de bundel “Al het waaien van de wereld”, van hem aan in het prachtige kunstboek Eggs & Marrowbone.

Dit thema waaien is ook op dichterlijke wijze terug te vinden in het loflied Zeeuwse Wind op zijn intussen twaalfde album Rauwe Genade. Zoals altijd toont hij zich een waar woordkunstenaar :

“Soms komt hij van over het water
Tot in de haren van de blonde boerin
De milde bries der verbroedering
Ze voelt zijn handen langs zich glijden
Achter de rietkraag van de sloot
Bij Grand Café De Varkenspoot

Zeeuwse wind, je kunt zo zacht zijn
Als een dikke poes die spint
Zeeuwse wind bij wie het waaien
Van de dagen steeds begint”

Roeka is voor mij een van de beste bewijzen dat de Nederlandse taal weldegelijk poëtisch kan klinken. Bovendien zet hij de luisteraar aan tot nadenken. Zo fileert hij op genadeloze wijze in Wereld op Drift onze onzekere, egoïstische en oppervlakkige moderne maatschappij. Hij draagt geen oplossingen aan, want hij weet ook niet hoe het verder moet:

“Oe duistere tijden
Verscheurd en geschift
Hoe moet ik verder
In deze wereld op drift”

Een van de gedichten die hij bij zich had leverde De Straat van Genade op. Hierin haalt hij herinneringen op aan de bekende Amsterdamse Warmoesstraat. Tijdens zijn verblijf in Zeeland trok hij als fervent wielertoerist er regelmatig op uit. Een lekke band brengt hem op een camping in aanraking met een groep Polen. Ze zijn zo vriendelijk om zijn band te plakken en geven hem te eten en drinken. Het inspireerde tot de fraaie ode De Polen.

In ons land willen Polen nogal eens neergezet worden als dronkenlappen en als onbekwame klusjesmannen. In de regio waar ik woon wordt daar al heel lang genuanceerder over gedacht. In oktober was het namelijk vijfenzeventig jaar geleden dat Breda werd bevrijd door de 1e Poolse Pantserdivisie onder leiding van Generaal Maczek.

Een stille getuige aan die tijd vormt de Poolse begraafplaats aan de rand van de stad. Bovendien heeft Breda het Generaal Maczek Museum. Na de oorlog vestigde zich trouwens de nodige Poolse oud-strijders er.

Het voert te ver om alle fraaie liedjes hier te bespreken. Muzikaal wordt hij ondersteund door zijn persoonlijke dreamteam, de ervaren producers Frans Hagenaars en Reyer Zwart. Zwart verzorgde ook de bijzonder fraaie arrangementen en bespeelde de gitaren, banjo, basgitaar, contrabas, piano, orgel, mandoline, lap steel en maakte de samples en zong. Jeroen Kleijn is te horen op drums en percussie.

De eerstkomende voorstelling is morgen in De Wegwijzer, Nieuw- en Sint Joosland in Zeeland. Voor de overige voorstellingen zie zijn website. Rauwe Genade is andermaal een prachtige aanvulling op zijn imposante oeuvre.

Alice Di Micele - Every Seed We Plant (2022)

4,5
Tijdens het mixen van haar vorige schitterende album One with the Tide besloten Alice en Bret Levick de Tom Petty tribute band Petty Thievery te beginnen. Het kruipen in ander mans liedjes leverde Alice nieuwe inzichten voor het schrijven van liedjes op.

Haar zestiende album Every Seed We Plant is weer een bijzonder gevarieerd album waarop invloeden te horen zijn uit folk, jazz, blues, R&B, en rock & roll. Zoals altijd maakt ze optimaal gebruik van haar (kop)stem, die zowel bijzonder krachtig als meer gevoelig kan klinken.

Ook de onderwerpen zijn gevarieerd van luchtige liefdesliedjes als Free, vrolijke songs als Sunrise, maar ook liedjes als het zeer indringende Dry Winter en Alone, die over verdriet en depressie gaan.

De liedjes kunnen erg persoonlijk zijn, zoals de titelsong. Every Seed is geïnspireerd door Alice's dierbare vriend en oudste van de Takelma-stam, Agnes Pilgrim Baker. 'Het is geschreven op weg naar het gedenkteken van oma Aggie. Het lied overviel me, stroomde uit me alsof oma me begeleidde. Ik schreef het, speelde het een keer en zong het die dag voor haar familie en vrienden.”, aldus Alice.

De aanstekelijke song Jersey is actueler dan Alice zou willen. Alice is geboren in Elizabeth, New Jersey en dat maakte haar volgens eigen zeggen tot wie ze nu is, maar verderop worden verwijzingen gemaakt naar haar Oekraïnse roots :

“I grew up in Jersey go head, make a joke
I don’t care what you think cause I know things that you don’t know
I grew up in Jersey and it made me who i am
I see things here much different than you can

you see things in black and white. i see shades of beige and brown
I’m not aiming for a fight. i don’t wanna keep you down
I come from the smorgasbord where everybody knows their name
we aren’t just colors on a chart we’re from the places our ancestors came

some of us survivors
of genocide and hate
our stories cry a warning
we must heed before its too damn late
we must heed before its too damn late
we must heed before its too late”

Voor mij heeft dit liedje een persoonlijk tintje, de broer van mijn oma had meer dan twintig jaar een kruidenierszaak in Passaic, twintig mijl verwijderd van Alice’s geboortestad Elizabeth. Alice lijkt trouwens heel erg op haar Oekraïnse overgrootmoeder.

Tot de meest indrukwekkende songs behoort zeker Dispatch. Het handelt over de geruchtmakende dood van Kenneth Chamberlain, die in 2011 in zijn eigen huis getaserd en vermoord werd door een politiekogel. De agenten die erbij betrokken waren werden beschuldigd van racisme.

Every Seed We Plant maakt nog meer indruk dan de voorganger. Hopelijk brengt dit album haar eindelijk eens naar Nederland, want Alice is van uitzonderlijke klasse.

Alice Di Micele - One with the Tide (2018)

4,0
Al een muziekcarrière van meer dan dertig jaar en toch had ik nog nooit van de in New Jersey geboren en opgegroeide Alice DiMicele gehoord. One with the Tide is intussen al haar veertiende album. Zo’n twintig jaar geleden deelde ze al het podium met Steve Winwood. Met Bonnie Raitt diverse malen. Raitt omschreef haar muziek als “Alice's music has that great combination of earthiness and groove that keeps it funky from the inside out. She's for real.".

DiMicele is natuurlijk een Italiaanse naam, haar vader’s wortels liggen op Sicilië en die van haar moeder in Oost-Europa en Oekraïne. Alice verdeelt haar tijd tussen muziek maken en haar activistische bezigheden.

De opener en titeltrack is geschreven vlak voor de dood van haar dierbare vriend en activist Barry Snitkin. Ze plaatste de song speciaal voor hem op YouTube, het waren haar laatste woorden voor hem.

Voice of the Water heeft betrekking op de strijd die de Winemem Wintu stam voert om de zalm in de McCloud rivier weer op peil te krijgen. Alice leeft zelf in het gebied van de Takelma stam. Ze leerde van het oudste lid van die stam, om “a voice for the voiceless” te zijn. Ze gebruikt deze regel in het fraaie lied.

Ook is er een uiterst persoonlijk liedje op het album te vinden als Lonely Alone. Het handelt over hoe het is om te leven met een geliefde die alcoholist is. De regel “I’d rather be lonely alone than lonely with you” spreekt boekdelen. Ze wordt hier overigens prachtig op accordeon begeleid door Jenny Conlee-Drizos (Black Prairie, The Delines, The Decemberists). Ook de overige muzikanten zijn uitstekend.

Erg aanstekelijk is Waiting, denk aan Paul Simon op Graceland, maar dan met steel drums. Veelal zijn haar songs folk getint, hier en daar klinken wat bluesy invloeden door, zoals in Desire.

Favoriete song is het indringende The Other Side, waarin je goed hoort dat je met een zeer ervaren zangeres te maken hebt. Acht van de negen songs schreef Alice zelf, afsluiter is Lennons Imagine, waarop ze slechts begeleid wordt op cello en gitaar.

Het songmateriaal is ijzersterk, grootste troef is echter haar unieke stem en de wijze waarop ze die gebruikt. Alice is een onafhankelijk artiest, wellicht is dat de oorzaak van haar onbekendheid in Nederland. Zeer onterecht, want er lopen niet al te veel zangeressen van haar niveau op deze aardkloot rond, het wordt hoog tijd dat ze een keer te zien is op de Nederlandse podia. Het album is eventueel al te beluisteren en te koop via haar website.

VOICE of the WATER, Alice DiMicele - Promo Preview - YouTube

alt-J (∆) - The Dream (2022)

4,0
Wellicht kreeg het debuutalbum An Awesome Wave van de indierockband uit Leeds tien jaar geleden niet genoeg aandacht van mij. 2012 was namelijk een muzikaal topjaar en werd An Awesome Wave toen al snel door mij terzijde geschoven als niet beklijvend genoeg. Misschien ten onrechte. Op MusicMeter werd dit debuut echter laaiend enthousiast ontvangen. Het staat daar zelfs op 110 in de Top 250 van allerbeste albums. De opvolgers This Is All Yours en Relaxer werden daar beduidend minder positief ontvangen, genoeg reden voor mij om zelfs geen poging te wagen.

Het nieuwe album The Dream wist me wel meteen te enthousiasmeren. Het sobere, reeds als single verschenen, Get Better wist me direct bij de eerste beluistering kippenvel te bezorgen. Ook de andere single, U&ME, viel ook meteen in de smaak door de relaxte vibe. Een liedje overigens met een dubbele bodem, het gaat zowel over de liefde als over drugs. Ook in The Actor komen drugs ter sprake (cocaïne).

Opener Bane had me meteen bij de les door fraai subtiel gitaarspel en intrigerende zang. Een liedje associeerde ik qua zang met Fleet Foxes. Er wordt goed gevarieerd qua tempo en instrumentatie. De nummers zijn niet over de hele linie even sterk, maar The Dream is absoluut een degelijk album. Het bevalt me in ieder geval een stuk beter dan An Awesome Wave een decennium geleden. Het album verschijnt ook in een limited edition met de nodige extra’s, waaronder de handgeschreven teksten en aantekeningen.

Amanda Fish - Free (2018)

4,0
Haar zus is de meer bekende Samantha Fish, van wie ik in het verleden al drie albums recenseerde en die haar bekendheid in Nederland vooral te danken heeft aan het Duitse RUF-label. Bij Samantha lag, vooral in het verleden, de focus op haar gitaarspel, bij Amanda ligt die duidelijk op haar zang. Haar vocalen zijn rauwer en zij is de power house van de twee.

De carrière van Amanda als singer-songwriter begon in de herfst van 2012. Ze formeerde een band onder eigen band, met daarin ook partner Glen James, die debuteerde in 2015 met Down in the Dirt, gevuld met een dozijn persoonlijke liedjes over liefde en verlies.

Opvolger Free bevat opnieuw een dozijn persoonlijke liedjes. De wat afwijkende tracks zijn de funky opener 2020 en afsluiter en titelsong Free. Dit gospelnummer is fraai van opbouw, vooral dankzij de spitsvondige overgang door middel van de bas, bespeeld door Amanda, naar het snellere tweede gedeelte.

Amanda wordt omringd door een strak spelende band, die duidelijk in dienst van de liedjes spelen. Een van de betere nummers is het uptempo Not Again. In The Ballad of Lonesome Cowboy Bill is de invloed van The Stones te horen.

Een aantal van de liedjes bezit een onderhuidse spanning. Er klinken vooral blues- en rockinvloeden door in de liedjes. Het is me duidelijk, dat Amanda over meer levenservaring beschikt dan haar zus en dat blijkt niet alleen uit haar teksten, maar ook uit de manier waarop zij haar liedjes brengt.

Het lijkt me erg voor de hand liggen, dat het intense Free de bekendheid van Amanda zal gaan vergroten.

Amanda Palmer - There Will Be No Intermission (2019)

Haar bekendheid heeft Amanda Palmer grotendeels te danken aan het bijzondere duo Dresden Dolls, wat ze samen vormt met Brian Viglione. Ze ontleenden hun groepsnaam aan het gelijknamige liedje van Britse punkband the Fall. Ze combineren in hun muziek een fascinerende mix van alternatieve rock en Duits cabaret uit de tijd van de Weimar republiek in de jaren twintig en begin jaren dertig.

Die invloeden uit het Duitse cabaret hoor je ook af en toe terug in het solowerk van Amanda. Haar vorige soloalbum Theatre Is Evil dateerde alweer uit 2012. Tussendoor bracht ze nog wel met haar vader Jack het folkalbum met covers, getiteld You Got Me Singing, uit.

Amanda Palmer is voor mij een van de meest interessante muzikanten die ik ken. Controversieel, ze wordt zowel enorm geliefd, maar wordt net zo vaak gehaat. Maar ze zit ook boordevol interessante ideeën, zo was ze een pionier op het gebied van crowdfunding en schreef ze de bestseller “The Art of Asking”.

Ook There Will Be No Intermission kwam dankzij crowdfunding tot stand. Haar Patreon gemeenschap doneerde in een maand tijd een miljoen dollar voor het opnemen van het album en het bekostigen van een tournee. There Will Be No Intermission is haar meest persoonlijke werkstuk geworden.

Een emotionele achtbaan van bijna achtenzestig minuten, waarin grote thema’s als de liefde, de dood en verdriet worden aangekaart en ook de manier waarop we daar mee omgaan. Bijzonder is het epische The Ride, ze schreef het met hulp van haar patrons die persoonlijke commentaren gaven over angst en verdriet.

Het thema de dood komt voor in A Mother’s Confession. Machete schreef ze als ode aan haar goede vriend Anthony die overleed aan kanker. Op het nummer Voicemail For Jill verhaalt ze over een ander soort dood, over een telefoontje naar een vriendin op weg naar een abortuskliniek.

Op de eerste single Drowning in the Sound worden meerdere thema’s besproken, de verborgen connecties tussen politieke onrust, de niet aflatende onzekerheid over Hurricane Harvey (veel van haar fans moesten huis en haard verlaten de dag voor het nummer werd geschreven), klimaatverandering, internethaat en, bizar genoeg, Taylor Swift. Het is een van de meer rijkelijk geproduceerde nummers op het album.

Tussen de liedjes door zijn korte intermezzo’s te horen, gearrangeerd door Jherek Bischoff, die gebaseerd zijn op de motieven van de nummers. Toch is het geen naargeestig album geworden doordat Amanda op ingenieuze wijze humor door deze zware thema’s heeft verwezen.

There Will Be No Intermission wist bij mij de nodige, gevoelige snaren te raken en dat gebeurt niet zo heel vaak. 4 september is Amanda te zien in de Meervaart in Amsterdam.

Amber Arcades - Barefoot on Diamond Road (2023)

Het was zo’n vijf jaar tijd stil rond singer-songwriter Annelotte de Graaf, aka Amber Arcades. Ze verhuisde in die periode vanuit Utrecht naar Amsterdam. Ze zocht een nieuwe manier om naar de wereld te kijken. Ze verloor het vertrouwen in muziek, herwon het en levert nu haar meest intrigerende album ooit af.
Het begon allemaal voor Annelotte in 2013 met de fraaie folkpop EP Amber Arcades. Hierna volgden nog twee EP’s en twee CD’s. Vooral haar tweede album European Heartbrake kon op veel bijval rekenen, ook international. Ook The Guardian was enthousiast en had het over "hints of Lindi Ortega and early Saint Etienne, breezy, dreamy pop more personal than political.”.

Op haar nieuwe album Barefoot on Diamond Road keert ze steeds meer de indiepop van haar debuutalbum Fading Lines de rug toe. Haar muziek is bijzonder gelaagd. De lead single van het album is het dansbare Just Like Me. Annelotte zegt over dit eerste voorproefje: "Ik schreef dit nummer toen ik net voor de lockdown naar Amsterdam was verhuisd. Het was een opeenvolging van uitersten; we woonden midden in het centrum, eerst konden we het huis niet uit zonder in een enorme menigte mensen te zijn, toen voelde het van de ene op de andere dag als een apocalyptische spookstad. Het nummer gaat over de spanning tussen samenzijn en alleen zijn die hoort bij het leven in een stedelijke omgeving. De behoefte aan beide maar dan vaak met geen van beide helemaal tevreden zijn.".

De vorige plaat European Heartbreak had een compleet verhaal, dat is op het aanstaand album het tegenovergestelde. Barefoot On Diamond Road is het tegengif voor liefdesverdriet. "Het is een album dat meer gaat over wat er in mijn leven gebeurde, dieper ingaan op emoties en observaties.". Op afstand bedacht met sparringpartner Ben Greenberg (Danny Elfman, Depeche, Ryley Walker) in New York en Annelotte in Amsterdam. Het is volwassen worden in een nieuwe stad met een nieuwe positiviteit die haar ondersteunt, zoals altijd, prachtig vormgegeven en zeer persoonlijke observaties over het leven, de liefde en hoe het allemaal zou moeten of kunnen werken.

"Deze plaat onthult echt delen van mij en mijn relatie met muzikant zijn en muziek maken. Het is als een afrekening, meer in het moment, je realiserend hoe belangrijk het is om dingen om de juiste redenen te doen en hoe dat je proces kan veranderen in een proces dat omarmt wat bestaat, inclusief jezelf.”. De intrigerende drums en percussie-arrangementen zijn van Matt Chamberlain (Pearl Jam, Bowie, Dylan, Adele, Lorde, Springsteen, Cohen...). Barefoot On Diamond Road markeert een nieuwe fase voor deze toch al zeer gerespecteerde muzikant.

Amber Arcades live met Robin Kester :

22-03 DEN HAAG : Paard
23-03 NIJMEGEN : Merleyn
25-03 UTRECHT : EKKO
26-03 HAARLEM : Patronaat
31-03 GRONINGEN : Vera
05-04 ROTTERDAM : Rotown
06-04 TILBURG : Cul de Sac
09-04 AMSTERDAM : Paradiso

Bron: Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com

Amber Run - How to Be Human (2023)

Het Britse trio Amber Run brak in 2015 door in eigen land. Daarna ging het snel, intussen al goed voor meer dan 800 miljoen streams en een toegewijde internationale fanbase. Ze konden daarnaast rekenen op goede kritieken van oa The Guardian, Billboard en Q Magazine. Ook in Nederland is men niet vies van Amber Run, in september stond men nog voor een uitverkocht Paradiso. Tot nu toe bracht het trio zeven EP’s en drie albums uit. Hun muziek kan zowel opzwevend als subtiel zijn en dragen ze in hun teksten hun hart op de tong. Dat is niet anders op het uitstekende How to Be Human. Het pakt kwesties aan als eenzaamheid, opgroeien, de wereld zien en vechten voor je plek daarin. De grote kracht van album zit hem duidelijk in de afwisseling van de dynamiek. De fans zullen volgens mij weer tevreden zijn, temeer ze ook andermaal in mei in Nederland en België te aanschouwen zijn.

Amber Run live :

16-05 NIJMEGEN : Doornroosje
18-05 UTRECHT : TivoliVredenburg
28-05 LEUVEN : Depot

Bron : Music that needs attention - musicthatneedsattention.blogspot.com